Ja ja ja, ik weet het, jullie zullen me wel weer niet
geloven he, maar ik zeg het toch: ook als je maar liefst zes kinderen hebt
zoals ik (en slechts 1 vrouw, wat ging daar mis) hou je van allemaal. Nou niet
gaan mekkeren dat dat helemaal niet kan, dat je er zelf drie hebt en één daarvan het liefst
zou teugstoppen, dat er toch echt wel eentje enorm moet tegenvallen omdat ie
advertentieverkoper wordt i.p.v. gewoon advocaat of arts zoals iedereen - maar
geloof me, ongelogen, ik hou van al mijn kinderen. Uiteraard zijn heel erg
verschillend alle zes, heeft er eentje de mazzel dat ie op zijn moeder lijkt en
de ander nebbisj pech dat ie mijn oren en rughaar heeft. DESALNIETTEMIN wil ik
ze allemaal houden. Nou Roel, poepoe, wat ongelofelijk allemaal, maar waarom
smijt je óns dat nou weer in het pokdalige gelaat?? Wel, ik wilde een vrolijke
inleiding naar een onderwerp dat wat minder gezellig is. Het is de afgelopen
twee weken namelijk weer hommeles in ons aller Israel, de Tempelberg kreeg
bezoek van een paar fanatiekelingen en een gezin werd afgelopen sjabbat door een
gast bezocht, niet door Eliyahu maar door een Palestijn, Yimach Sjmo V'Zichro, moge zijn naam worden uitgewist,
die nu grijnzend wordt verpleegd in een Israelisch ziekenhuis, verzekerd van
een heldenstatus voor hemzelf en een inkomen voor zijn familie. Uitgerekend
zondag, twee dagen na deze aanslag, bracht ik de twee oudste kinderen naar
Schiphol, waarvandaan ze samen met nog een paar fantastische Netzer-pubers
vertrokken richting Ben Goerion. Echt leuk! Vanzelfsprekend ging er van alles mis.
Paspoorten waren onvindbaar, ik had geen koffie op en toen ik die wilde kopen
bij La Place bleek de bankpas van mijn vrouw geblokkeerd. (Zou ze het erom
doen? Ik kreeg nu de koffie gratis!) Maar dus. De kinderen doen mee met een
uitwisselingsprogramma: zij een weekje daar, in huis bij gastgezinnen, dolleuke
dingen doen, zoals naar een paar musea met ouwe dingen en de Kotel (de Klaagmuur),
en een dagje meehelpen in Beth Juliana, (het bejaardenoord voor Nederlanders).
Daarna komen de Israelische kinderen waar ze hebben gelogeerd een weekje naar
Eretz Nederland en zo leren elkaar goed kennen en voor je het weet staan ze
glunderend onder de choepa en schenken ze mijn vrouw en mij 37 prachtige kleinkinderen
die allemaal een advocatenkantoor beginnen. Fantastisch! Maar ook best wel een
beetje spannend. Ik denk dat we dat allemaal wel herkennen. Niemand wordt bijvoorbeeld
vrolijk van de veiligheidsmaatregelen die getroffen worden, niet alleen rond
sjoeldiensten, maar ook wanneer er dingen georganiseerd worden die wél leuk
zijn. Zoals dingen met eten en zo. Er blijven mensen weg! Gelukkig haalt de
politie nou haar gepaalde witte koffiekeetjes weg. Dat scheelt weer uitleggen
aan de kindjes waarom er zoveel bewakers zijn. O wacht, die gaan nu natuurlijk
vragen: “Waarom zijn de witte hokjes weg?” En dan zeg ik: “O, die zijn niet
meer nodig sjnokkeltje. Er hangen nu camera’s en de plietsies zien dan op een
scherm dat we worden opgeblazen en dan komen ze hier heel snel naar toe. Ze
kunnen allemaggies hard rennen, die plietsies, dus komt helemaal goed!” Enfin.
Gelukkig overdrijf ik nooit. Ik mag dit stukje vast niet naar de redactie faxen
van mijn vrouw. Ja, zij leest ze altijd. En dat is maar goed ook. Waar waren we
gebleven? Bij de oudste jeledjes die nu naar Israel zijn. Ze hebben het vast
heel erg naar hun zin, merken niets van woedende muzelmannen en komen
overmorgen gezond weer thuis. En natuurlijk knaagt het, maar uiteraard gaan we
naar Israel. Omdat we dat willen, omdat Israel ons nodig heeft en wij Israel.
Eerder gepubliceerd in het NIW, editie 40, 5777/2017
Geen opmerkingen:
Een reactie posten