maandag 9 september 2019

Kadaverdiscipline

Kadaverdiscipline. Ik moest vandaag opeens aan dat woord denken toen ik terugkeek op de week. Er was weer eens ophef in ons kleine strandland. Vakantie, iedereen vrolijk en vrij. Het maakt niks uit, altijd wel iets om je druk over te maken. Wat was er nu weer voor vreselijks voorgevallen? Welnu, het was de tijd van het Offerfeest! Onbedwelmd en met een scherp mes werden weer duizenden schapen, geiten, vogelbekdieren, pinguïns en galapagoseilandhamsters om zeep gebracht terwijl Allah - alias de Allerhoogste - werd aangeroepen. Waarom eigenlijk? Vraagt de ongeletterde lezer zich wanhopig om z’n onwetendheid af. Gelukkig treft hij (of zij, daar wil ik af wezen) mij nu aan om licht te laten schijnen in de leeghoofdige duisternis. Er wonen inmiddels ruim een miljoen moslims in ons voormalige rooms-protestantse land dus tijd voor een lesje. Het Offerfeest wordt gevierd om te herdenken dat Allah - alias de Almachtige - op het moment dat Ibrahim (die door de toekomstige christelijke minderheid Abraham wordt genoemd en door de marginale Jodenheid Awraham) zijn zoon Ismaïl, oftewel Ishmaël, wilde slachten als een kerstkalkoen ervoor zorgde dat er een volstrekt onschuldig rammelend geitenbeest voor in de plaats kwam, nadat Ibrahabrawim constateerde dat zijn mes niet sneed. Best fijn voor Bram. En ook voor Ishmaël, die weer vrolijk verder kon gaan met leven en terug kon naar zijn niet onaanzienlijke Mesopotamische postzegelverzameling.
Grappig wel dat in de islamitische traditie sprake is van Ishmaël en in de Bijbel/Tora Izaäk/Jitschak het lijdend voorwerp is.
De moslim leert van dit verhaal dat hij te allen tijde bereid moet zijn alles op te offeren als Allah dat van hem verlangt, want Ibrahim was zelfs bereid zijn eigen vlees en bloed in handige barbecue-porties te verdelen. Nou, da’s best een pittige les. Om dus de bereidheid van Ibrahim te herdenken wordt dit feest nog altijd gevierd. Ook in Nederland! Ophef! Er werden namelijk vanuit grote witte vrachtwagens, waarop Vleesvervoer stond, geslachte beesten verkocht aan massa’s moslimmannen -hun vrouwen waren natuurlijk druk met demonstreren tegen het boerka-verbod. Sommigen van de dames (tenminste ik neem aan dat het dames waren) maakten zelfs een vergelijking met het verbod op boerka in (bijvoorbeeld) de abortuskliniek en het uitroeien van de joden door de nazi’s. Dat vond ik persoonlijk een tikkeltje overdreven- zomaar op De Openbare Weg! Schande natuurlijk. Het mocht zelfs van de politie! Mozes kriebel. De één na de ander buitelde over de straat van woede. Mag niet! Regeltjes! Keuringsdienst van Waren! Wij doen dat toch ook niet?? Waarom mogen die malle mannen met die jurken en baarden dat dan wel?? Ze hebben soms ook nog witte mutsjes op, alsof ze allemaal slager zijn en dat is helemaal niet zo! Zo schuimbekte de natie. Zucht. We mekkeren voortdurend dat Nederland steeds meer een land van regeltjes wordt. Terrassen moeten binnen de lijntjes. Roken mag je alleen nog maar in je urn. Prostitutie is bah en moet weg uit Amsterdam. Nu is er eindelijk een club die zich daar niets van aantrekt en lekker op straat vlees loopt te verkopen vanuit walmende diesels, is het weer niet goed. Ik zou zeggen: applausje voor de islamo-anarchisten. Wat ik ook erg gezellig vond was het benoemen van het vlees als kadavers. Mmh! Daar kreeg ik echt trek van! Uiteraard hebben de boze witmannen een punt. Regels gelden voor iedereen. Daarom verkopen ze zelf ook nooit halfgare frikandellen op Koningsdag, waarna niemand ‘s-anderendaags zeven kleuren poep fonteint of tot onherkenbare plakken balk gebreide meelbrokken met bloed en slachtafval genaamd “balkenbrij” op de Heilige Pompdagen in Heino, Salland. Nee, dat doen we allemaal niet want dat mag niet he. Kuch. Als we elkaar nou gewoon een beetje láten, dan kunnen we misschien Nederland Regeltjesland weer ombuigen naar iets meer Vrijstaat. Zo maar een ideetje. Eid mubarak!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten