Ik ben natuurlijk ook maar een eenvoudige sloeber met een motorfietsje. Geen Harley Davidson Extra Long Short Penis Compensating Electra Super Glowing in the dark Mark XXVII van 60000 euro, maar een VEB Motorradwerk Zschopau Einzylinder-Telegabel-Zentralkastenrahmen 301 van 600 gulden. Geeft niks, hij kan niet harder dan 130 en dat is genoeg, anders val ik er toch maar af.
Enfin, als je motor rijdt ‘heb’ je iets met andere motorrijders. Een beetje zoals wanneer je opeens iemand ontmoet die Polak heet of die ook niet langer is dan een Amsterdammertje, je kent het wel. Zolang ik dan niet vertel dat ik op een tweetakt-brommer van 23 pk rijd is dat gevoel meestal wederzijds. Reeds.
Ik deed donderdagavond boodschappen in de plaatselijke supermarkt en zag daar drie hele grote kerels met leren benen en ruwborstelige kinnen huzarensalade kopen en pils, heel veel pils. Aangezien men doorgaans de AH niet betreedt per gemotoriseerde tweewieler hadden dit natuurlijk ook hardrockers of daklozen met een psychiatrische achtergrond kunnen zijn, echter, ik gokte erop dat dit net als ik heuse MOTORRIJDERS waren. Mijn aan helderziendheid grenzende voorgevoel werd ondersteund door het feit dat ze alle drie achterop hun lederen frak in grote letters de woorden Motorclub Almere hadden staan. Dus! Motorrijders! Net als ik!
Nu ben ik sociaal gezien nogal een kluizenaar. U zult mij nooit in een kroeg aantreffen, omringd door kornuiten, gezamenlijk het glas heffend op vorstin en vaderland. Dat zou ook wel raar zijn aangezien we geen vorstin maar een koning hebben tegenwoordig. Wel neem ik me vaak voor mijn sociale isolement te doorbreken door me bijvoorbeeld aan te melden bij een duivenmelkersverbond of lokale plantkundige volkstuinvereniging. Maar ik heb een schurftige hekel aan die vliegende stadsratten en ik zou mijn onkruidplantsoentje het liefst asfalteren met asbest, dus daar kómt het maar niet van. Motorrijden echter, dat is iets dat wellicht leuk is om te delen met andere knapen! Dus iets voor mij, zo'n club?
Vanachter mijn met gezinsvoedsel gevulde winkelwagentje sloeg ik het drietal nauwlettend gade. Misschien was er een minimum lengte ingesteld voor potentiële nieuwelingen. Of een minimum cilinderinhoud der motorfiets. Dan zou ik met 1.79 meter en 291 cc onder hoon en bekogeld met bierviltjes en roestige zijkleppen alras weder de kickstarter van mijn MZ ETZ 301 moeten bedienen. (Neen, ik heb geen startmotor, ik trap gewoon zoals het hoort elke keer mijn enkel aan piezels.) Aannames Roel, aannames! Daar heb je het regelmatig met je vrouw over gehad! Nooit meer doen! Dus sloot ik aan in de rij dezer reuzen, geurend naar motorolie en ledervet, bij kassa drie.
Net voordat ik ze ging aanspreken viel mijn oog, het deed gelukkig niet fysiek pijn, op één van de vele badges die de grootste van de drie op zijn jas had laten naaien door zijn moeder. Het was een zwarte ruitvorm met daarin de runentekens SS. Van de linker-S was het onderste pootje verwijderd, al dan niet tijdens een schermutseling met een rivaliserende motorclub. Maar, ontegenzeggelijk, dit was gewoon, doodgewoon, een kraagspiegel van de fijne jongens van de SS. U weet wel, die rabbijnen ophingen aan de synagogen van de Oekraïne, om maar een klein voorbeeld te noemen. Is natuurlijk superlang geleden. Weet niemand meer.
Mijn eerste gedachte was om maar gewoon naar de gezinsauto te lopen met mijn gezinskarretje vol gezinsvoedsel om terug te rijden naar mijn gezin. Goh, net motorrijders gezien met SS op hun jas. Niks van gezegd natuurlijk want je weet maar nooit wat er dan kan gebeuren. Want je weet maar nooit? Want je? Watje! Ik draaide pardoes mijn winkelwagentje, terug de Appie in, waar de drie boomlange zwartlederen ariërs bezig waren de Gall & Gall te ontdoen van hun gehele voorraad uiteraard blond gerstenat.
Ik deed donderdagavond boodschappen in de plaatselijke supermarkt en zag daar drie hele grote kerels met leren benen en ruwborstelige kinnen huzarensalade kopen en pils, heel veel pils. Aangezien men doorgaans de AH niet betreedt per gemotoriseerde tweewieler hadden dit natuurlijk ook hardrockers of daklozen met een psychiatrische achtergrond kunnen zijn, echter, ik gokte erop dat dit net als ik heuse MOTORRIJDERS waren. Mijn aan helderziendheid grenzende voorgevoel werd ondersteund door het feit dat ze alle drie achterop hun lederen frak in grote letters de woorden Motorclub Almere hadden staan. Dus! Motorrijders! Net als ik!
Nu ben ik sociaal gezien nogal een kluizenaar. U zult mij nooit in een kroeg aantreffen, omringd door kornuiten, gezamenlijk het glas heffend op vorstin en vaderland. Dat zou ook wel raar zijn aangezien we geen vorstin maar een koning hebben tegenwoordig. Wel neem ik me vaak voor mijn sociale isolement te doorbreken door me bijvoorbeeld aan te melden bij een duivenmelkersverbond of lokale plantkundige volkstuinvereniging. Maar ik heb een schurftige hekel aan die vliegende stadsratten en ik zou mijn onkruidplantsoentje het liefst asfalteren met asbest, dus daar kómt het maar niet van. Motorrijden echter, dat is iets dat wellicht leuk is om te delen met andere knapen! Dus iets voor mij, zo'n club?
Vanachter mijn met gezinsvoedsel gevulde winkelwagentje sloeg ik het drietal nauwlettend gade. Misschien was er een minimum lengte ingesteld voor potentiële nieuwelingen. Of een minimum cilinderinhoud der motorfiets. Dan zou ik met 1.79 meter en 291 cc onder hoon en bekogeld met bierviltjes en roestige zijkleppen alras weder de kickstarter van mijn MZ ETZ 301 moeten bedienen. (Neen, ik heb geen startmotor, ik trap gewoon zoals het hoort elke keer mijn enkel aan piezels.) Aannames Roel, aannames! Daar heb je het regelmatig met je vrouw over gehad! Nooit meer doen! Dus sloot ik aan in de rij dezer reuzen, geurend naar motorolie en ledervet, bij kassa drie.
Net voordat ik ze ging aanspreken viel mijn oog, het deed gelukkig niet fysiek pijn, op één van de vele badges die de grootste van de drie op zijn jas had laten naaien door zijn moeder. Het was een zwarte ruitvorm met daarin de runentekens SS. Van de linker-S was het onderste pootje verwijderd, al dan niet tijdens een schermutseling met een rivaliserende motorclub. Maar, ontegenzeggelijk, dit was gewoon, doodgewoon, een kraagspiegel van de fijne jongens van de SS. U weet wel, die rabbijnen ophingen aan de synagogen van de Oekraïne, om maar een klein voorbeeld te noemen. Is natuurlijk superlang geleden. Weet niemand meer.
Mijn eerste gedachte was om maar gewoon naar de gezinsauto te lopen met mijn gezinskarretje vol gezinsvoedsel om terug te rijden naar mijn gezin. Goh, net motorrijders gezien met SS op hun jas. Niks van gezegd natuurlijk want je weet maar nooit wat er dan kan gebeuren. Want je weet maar nooit? Want je? Watje! Ik draaide pardoes mijn winkelwagentje, terug de Appie in, waar de drie boomlange zwartlederen ariërs bezig waren de Gall & Gall te ontdoen van hun gehele voorraad uiteraard blond gerstenat.
Mag ik jou iets vragen? (Wij motorrijders tutoyeren elkaar altijd.) Waarom draag jij een SS-kraagspiegel op je deksels stoere vetlederen motorjack, Jack? Hij keek me aan alsof ik een leeg bierflesje was, dat ook nog gevuld was met sigarettenpeuken. En dat hij daar achter kwam toen hij een slok wilde nemen. Zoiets. Is heel geen SS-ding, is een logo van een Amerikaanse motorclub. Ik zeg, dat zal wel, maar het is OOK een SS-kraagspiegel, besef je dat wel? Niks van, er miste toch zeker een pootje aan de linker-S die dus geen S was?? Dat zie ik zei ik, maar het lijkt er nog steeds HEEL ERG op! Als ik iemand een dreun voor zijn hasses geef valt die anders ook HEEL ERG hard op de grond, luidde zijn antwoord.
Ah, okee. Nou, dank voor de info. ‘k Word toch maar niet lid.
Ah, okee. Nou, dank voor de info. ‘k Word toch maar niet lid.
Laat aan duidelijkheid niets te wensen over.
BeantwoordenVerwijderen