donderdag 15 december 2022

Sinterklaas

Jullie zullen het misschien raar vinden maar ik heb er nooit veel waarde aan gehecht of mijn kinderen een joodse partner zouden vinden of niet. Stiekem leek het me natuurlijk wel hándig, je begrijpt malkander wat sneller en je blinkt allebei niet uit in sport maar voorop stond voor mij maar één ding: mijn kinderen moesten zélf gelukkig zijn met hun keus. En als ze gelukkig zouden zijn met een Loemoemba of een Josefus Johannes Maria dan moest dat maar zo zijn. Ook een beetje een mal idee om op etnische of genealogische gronden een partner te kiezen, toch? Deze tactiek bleek fantastisch te werken want de drie oudste kinderen hebben nu alledrie een joodse partner. Dat heb ik weer goed geregeld al zeg ik het zelf. Bel me gerust voor meer huwelijkstactiektips, mijn tarief is niet heel hoog. Dit betekent wel dat mijn collectie nabestaanden nu bestaat uit 6 biologische en 3 schoon- maakt 9 kinderen. En we hebben lootjes getrokken! Wat zal het een gezellige en dolle boel worden. Maar vooraleer, Roel toch, vieren jullie Sinterklaas? En Chanoeka dan? Ja malle babbe, dat vieren we natuurlijk ook he! Maar eerst Sinterklaas. Ik mocht cadeautjes kopen voor een schoondochter. Ze is heel erg lief maar heeft ook een bril zo groot als het eiland Schokland dus je kunt wel raden waar mijn gedicht over gaat, haha! Ik vertrouw erop dat ook ik niet gespaard zal worden, als menopauzale te dikke vijftiger. Andere lieve schoondochter was trouwens één van Pieten bij de intocht van Sinterklaas in Amsterdam, het schijnt elk jaar bij die intocht te wemelen van de joodse Pieten! En voor de oorlog was praktisch elk jaar een joodse mijnheer de Heilige. Past ook wel in de traditie he, heiligen voortbrengen. Zal nooit vergeten hoe Meijer de Hond ooit schreef dat Sinterklaas druk was en niet gestoord mocht worden. “Sint Nicolaas oort meirev.” Sinterklaas zei het avondgebed. Dus geen enkel bezwaar tegen het vieren van Sinterklaas. Tegen chanoeka heb ik overigens ook geen bezwaar hoor, ik zeg gewoon dóén, 8 dagen lang weer liedjes zingen en cadeautjes aan elkaar geven. Dat is dus eigenlijk Sinterklaas 2.0. En natuurlijk het prachtige verhaal van de terugkeer uit de ballingschap waar we met vereende krachten de tempel weer gingen reinigen, zuiveren voor de dienst aan de Eeuwige. Wel mooi he, met mensen die waren gebleven om voor de overheersers landbouw te bedrijven, met hen die terugkeerden én met een kleine rest die was gebleven maar zich had verstopt. Wisten jullie trouwens dat er niet alleen zuivere olie werd gezocht (en gevonden) maar dat ook het complete altaar moest worden gesloopt én opnieuw worden opgebouwd omdat deze was gebruikt voor heidense rituelen? Nee dat wist je niet, ik weet het zelf ook alleen maar omdat ik het net toevallig las op Het Internet. Kortom, we hebben elkaar de komende 8 dagen genoeg avonturen te vertellen en dan is er toch echt geen behoefte om daarna óók nog eens aan het kerstverhaal te beginnen, dus dat laten we lekker schieten. Chag sameach!

Eerder gepubliceerd in NIW 10 - 2022

donderdag 1 september 2022

Slagroom

Och jommes wat is het leven soms toch ingewikkeld. David zat klaar met zijn zwemtasje, zwemles zou beginnen om 20 voor 6. De hele middag was het al een dingetje want hij vindt het spannend. Leuk ook wel, ook al bakt hij er niet veel van want hij lijkt helaas ook erg op mij. Ik vond het vroeger ook niks. In dat koude water, de ongenaakbare badmeester met zijn peuk in de mondhoek en de ijzeren haak in zijn hand. Die haak was nodig want anders zou mijn plompe lijfje alras naar de bodem zinken en dan komt er zo'n vervelend berichtje in de Zwolsche Courant. Toen ik 11 was haalde ik pas mijn zwemdiploma. Toen nog leren duiken. Als een baksteen op asfalt viel ik op het water. Ken je dat gevoel? Dat je huid eruit ziet alsof je rodehond all over the place hebt? Nou dat was ik. Nog steeds vermijd ik zee en strand, geef mij maar hei en bos. Dit in tegenstelling tot mijn vrouw, die dol is op die zee, waarin elk jaar toch weer vele mensen maar ook Duitsers verdwijnen om nooit meer te worden teruggevonden. Bos vindt zij iets met insecten en rotting. Ik hou van rotting! Alles beter dan het allesverslindende dodelijke water. David is waarschijnlijk ook meer een bosjesman. Maar we wonen in Almere en leren zwemmen is dan best handig zeg maar. Dus hij zat braaf te wachten met zijn tasje. Bleek ik de verkeerde tijd in de agenda te hebben gezet, we waren te laat, het feest ging niet door. Boos was hij. Verdrietig ook. Alle spanning van het wachten en dan gaat het tóch niet door. Mijn mea culpa, mijn maxima mea culpa bood weinig soelaas. "Geeft niks hoor papa." Met van die dikke traantjes die over zijn dito wangetjes wandelden. Hoe maak ik dit nou ooit weer goed? Als Wiedergutmachung maar van alles aangeboden. Negerzoenen, puddingbroodjes, moorkoppen, tompoucen, ijsjes. Huilend bleef hij tegen me aanstaan, hij is al bekend met de Jewish guild-trick kennelijk. Uiteindelijk kwam het zoenoffer op een politiehelikopter en cornetto's, maar dan wel van die grote. Die hebben ze niet bij de Jumbo. Dus ik gewone cornetto's gehaald én een spuitbus slagroom. Zodat ik de cornetto kon opwaarderen naar zo'n reusachtige die je alleen kunt krijgen bij de benzinepomp. Pffff.. opgelost met herstelbetalingen. De helikopter werd nauwgezet uitgekozen bij bol punt com, ik was wel zo slim om de zoekfunctie op maximaal 20 euro, toch bijna 45 gulden, te zetten. Fijn dat dit ook weer geregeld is, zeker nu het bijna rosj hasjana is. Uiteraard ben ik jarig met Rosj Hasjana, dat komt vaker voor. Dat je opgeschreven mag staan voor een goed jaar. In sjoel mag ik op mijn verjaardag de maftir zijn. Benoem je dat zo? Ik ben de maftir? Het woord is me op mijn lijf geschreven want een beetje maf ben ik toch zeker wel. Het is me een mitswe. Ik ben degene die dan de Torah-lezing besluit en afsluit met Jeremia 31: 1-20. Het laatste deel gaat zo: Bedwing uw stem van geween, en uw ogen van tranen; want er is loon voor uw arbeid, En er is verwachting voor uw nakomelingen, spreekt de HEERE; Ik heb wel gehoord, dat zich Efraïm beklaagt, zeggende: Gij hebt mij getuchtigd, en ik ben getuchtigd geworden als een ongewend kalf. Bekeer mij, zo zal ik bekeerd zijn, want Gij zijt de HEERE, mijn God! Zekerlijk, nadat ik bekeerd ben, heb ik berouw gehad, ik ben beschaamd, ja, ook schaamrood geworden, omdat ik de smaadheid mijner jeugd gedragen heb. Is niet Efraïm Mij een dierbare zoon, is hij Mij niet een troetelkind? Ik koos expres voor de Statenvertaling omdat ene H. erg verdrietig werd van mijn column over een bijzondere sjiwwe die ik bijwoonde, ik maakte toen een grappige verwijzing naar diens Heiland. H. snikte toen: 'Ik vind dit zeer onrespectvol tegenover het christendom, haast lasterlijk. Dit kan gewoon niet." Hopelijk heb ik het nu weer goed gemaakt. Altijd fijn met Rosj Hasjana én natuurlijk Jom Kippoer in het verschiet. Dingen goed maken met elkaar. Willen we dat met slagroom?


Eerder gepubliceerd in NIW 45 van 2022

donderdag 21 juli 2022

Zenuwen

Het is vrijdag wanneer jullie dit lezen. Als het goed is dan he, want het kómt bij een enkeling nog wel eens voor dat het NIW-tje pas op zaterdag, op sjabbat dus, bezorgd wordt. Dan ben je mooi in de aap gelogeerd! Je mag niet scheuren op sjabbat, de schepping rust en moet even een dagje blijven zoals die is. Kun je alleen maar verlangend door de folie staren. Naar de voorkant, maar gelukkig ook naar de achterkant. Er is vast wel een niet-Joodse buur die je kan helpen, maar die kun je het dan weer niet vragen, daar trapt de Eeuwige niet in. Dus dan kun je hooguit veelbetekenend met grote ogen naar de buurman staren, dan naar het NIWtje, dan weer naar de buurman. Ondertussen heeft die natuurlijk allang geërgerd zijn deur weer dichtgesmeten terwijl hij zich afvraagt wat er in vredesnaam mis is met je en waarom je aanklópte en niet aanbelde, zoals normale mensen doen. En nu heeft-ie ook nog een stuk van NEC-NAC gemist. Zucht. Niets blijft ons bespaard. Het is vrijdag terwijl u dit leest en vrijdag terwijl ik dit schrijf. Dat betekent dat ik druk bezig ben met het smeren van koosjere broodjes, mijn oudste is druk met het bakken van een koosjere plaatkoek (zou hij gisteren doen, maar kwam toen nét terug uit Canada en moest dus echt even zijn jetlag wegslapen) en mijn vrouw maakt ingewikkelde koosjere dingetjes waarvan ik de naam niet meer weet, want ik ben maar een eenvoudig verkoper. Onze Roos, onze Růženka, mag vanavond in sjoel de kaarsen aansteken en dan morgenochtend hup, de bima op om daar vanalles te gaan zeggen, zingen en zulks meer. Ze zal ook vertellen over haar inzamelingsactie voor Kika en wat Tikoen Olam inhoudt. Dat is bij ons in sjoel gebruikelijk, iets moois doen voor een ander wanneer je bar of bat mitswa wordt. Prachtig toch? Dan is onze één na jongste puppie bat mitswa en heb ik nog maar één klein kind over. Ik zei het al: niets blijft mij bespaard. Wel grappig dat haar ouders al weken zenuwachtig zijn terwijl het Roosepopje nergens last van heeft. Met haar extreme dyslectie. Ze kent gewoon bijna alles uit haar hoofd en heeft er een pampiertje bij als spiekbriefje. Nou ja, spiekbrief. Het epistel is een pagina of zes met alle teksten in een voor dyslecten handig lettertype en gelardeerd met diverse kleurtjes zodat ze de woorden ook daaraan herkent: elk kleurtje staat voor een melodie. Gaat ze gewoon even doen vanavond. En dan morgenochtend het echte werk. Ondertussen sta ik, terwijl u dit leest he, live cooking zeg maar, een duizendtal broodjes te smeren. Ik word er balorig van, smeer, smeer, smeer. Zal ik er stiekem paling op doen? Neen, zo slecht ben ik nou ook weer niet. Bovendien zou ik dan zelf ook moeten opletten wat ik naar binnen bunker en dat is niet mijn stijl zeg maar. Ik denk terug aan de afgelopen jaren, aan Roosje, hoe snel ze groot geworden is. Na de vakantie naar de middelbare school, Academie 1014. Als zand glipt de kindertijd door je hand. Mooi dat ze nog steeds van knuffelen houdt, van paardrijden. Wat was ze geschrokken toen mijn baard eraf ging vorige week, zoals gebruikelijk als haar iets niet zint timmerde ze liefdevol op mijn rug terwijl ze riep dat die baard terug moest en dat ik het nooooooit meer mocht doen. Gelukkig zijn de huizen onbetaalbaar en de kamers onvindbaar, Roos zal nog tot in lengte van dagen bij ons blijven wonen. Tenzij ze een rijke dokter of advocaat tegen het lijf loopt of wordt natuurlijk. Spannend hoor. Morgen.


Eerder gepubliceerd in NIW 41, 2022.

zaterdag 25 juni 2022

Fnuikend

Ik klaagde de vorige keer al over groter groeien, Kindjes die het in hun hoofd halen om gewoon maar elk jaar jarig te zijn en elk jaar dus ook een jaar ouder te worden. Van mij mogen ze eeuwig 5 blijven, alhoewel ik ook wel begrijp dat dat niet handig is. Mijn kleuter van zes klimt nu al elke dag op mijn rug, en wanneer je 50 bent is dat fnuikend. Dat malle woord wilde ik gewoon graag een keertje gebruiken. Weet je wat ook fnuikend is? Kindjes die van geen ophouden weten. Neem nou Joram. Vandaag mochten we de vlag uithangen met daaraan zijn tas. Zijn tas heet Dhengis. Het is heel normaal om je tas een naam te geven, dus daar zal je me niet over horen. Ik bedoel, mijn Trabant heet Schorsch en onze andere auto heet Antonín. Dus de knul is erfelijk belast. Bovendien heet zijn fiets Malcolm. Elke dag fietste hij door weer en wind op Malcolm naar het Arte, zijn middelbare school. De vlag met daaraan Dhengiz de Tas leren ons dat hij volgend jaar naar een hele andere school mag fietsen. Welke school of universiteit dat gaat worden weet hij nog niet, hij schreef zich daarom heel slim in voor vier opleidingen, dus er zit vast iets passends tussen. Onze Roos gaat haar laatste maand in op de basisschool, de sjabbat na haar laatste schooldag wordt ze bat mitswa en dan na de vakantie begint haar grote avontuur. Een avontuur dat je niet zomaar komt aanwaaien want ook het kiezen van een middelbare school is tegenwoordig geen eitje. Ik kon lang geleden kiezen uit twee scholen, eentje in Zwolle of eentje in Raalte. Raalte was net wat dichterbij dan Zwolle, dus de keus was snel gemaakt. Tien kilometer door de regen fietsen is toch minder erg dan zestien. In ons huidige dorp zijn 22 middelbare scholen. Ga er maar aan staan. Gelukkig vonden we met Roos een mooie plek. Tien kilometer fietsen, dat dan weer wel. Maar als haar volslanke vader dat kon, kan zij dat ook. Onze oudste zoon legt momenteel de laatste hand aan zijn scriptie, die gaat komend jaar een master doen. Dan hebben we nog een dochter die naar Israel gaat, een zoon die naar de middenbouw gaat en gelukkig ook nog eentje die gewoon overgaat naar de derde van de Mavo. Al die keuzes die kinderen moeten maken, fnuikend is het. Als ouder mag je meedenken en tips geven tot je ons weegt, de echte keuzes moeten ze zelf maken en dat kan echt ingewikkeld zijn. Hoeveel mensen weten al op hun 13e wat ze willen gaan doen? De keuze op jonge leeftijd kan hele grote gevolgen hebben voor hun toekomst. Soms hoor je wel dat kinderen al vanaf hun besnijdenis weten dat ze dokter willen worden, of vanaf de echtscheiding van hun ouders dat het advocaat moet zijn. Bijzonder vind ik dat!  Ik weet nu nog niet eens wat ik wil, ben gewoon maar gaan werken op een gegeven moment omdat honger lijden ook geen pretje is en de mengsmering voor een Trabant kost ook geld. Moeite met keuzes is kennelijk een familietrekje. Zal nooit vergeten dat ik naast mijn vader in de auto zat, ik zat weer eens vreselijk te twijfelen over van alles en nog wat en mijn vader zei, net met pensioen was hij: “Ach jongen, ik weet ook nog steeds niet wat ik wil worden als ik later groot ben.” Het komt vast goed allemaal. Nu zijn we in elk geval even heel trots op onze apen, die keuzes maken en dingen gaan dóen!


Eerder gepubliceerd in NIW 36, 2022

vrijdag 27 mei 2022

Groter groeien

Wie heeft bedacht dat kinderen alsmaar groter moeten groeien? Vind het echt niet kunnen. Kunnen we dat niet tegengaan met elkaar? Een petitie of zo? Hier hoor je Wilders nou nooit over he. Zes baby's heb ik gehad en er zit niet meer in het verschiet, in het vat en het is me wat. Dol ben ik op mijn baby’s. De oudste van mijn dreumesen is nu 20. Weet je wel hoe oud dat is, dat is gewoon een enorme baby met een snor en stekels op zijn kin, een gymnasiumdiploma en bijna afgestudeerd in Informatica. En dat terwijl zijn moeder niet eens haar geboortedatum kan onthouden en ik had ook al bijles in wiskunde, Wiskunde A, dus niet eens échte wiskunde, Dan heb ik nog een meisjesbaby van 19. Je ziet wel een mensen die hun baby’s oorknopjes geven en kettinkjes. Nou deze baby heeft een neuspiercing. Maar omdat ze al 250 maandjes oud is vindt Jeugdzorg dat niet erg. Het is toch om te grienen. Ze gaat in september naar Israel. Misschien voor een half jaar, maar kan ook zomaar 120 jaar worden natuurlijk. Kind drie doet dit jaar eindexamen, is de langste baby die ik heb, torent boven iedereen uit en gaat ook al studeren. Kan nog wel even zo doorgaan want zoals ik al zei: ik heb zes stuks baby. Binnenkort wordt de jongste dochter Bat Mitswa. Schandalig, als je bedenkt dat ze gisteren geboren is. Laatst ging ze oefenen met de rabbijn in sjoel en ik mocht mee. Daar stond ze dan in al haar kleine grootsheid. Met haar zuivere stemmetje, heel onbevreesd en open op de bima. Alle brachot gingen goed. Ze kende bijna alles uit haar mooie hoofdje. Dat hoofdje, waar drie keer de navelstreng omheen zat waardoor ze er bijna niet was geweest. Dat al jaren meehobbelt elke week op een pony bij haar lieve juffie. Dat hoofdje ook, dat woorden en tekst niet kan ontcijferen. Een grote brei is het voor haar, ze heeft extreme dyslexie en ondanks jaren van noeste arbeid gaat zoiets nooit over. Trucjes heeft ze wel geleerd. Op school koos ze altijd boekjes die ik thuis al duizend keer aan haar had voorgelezen, zodat ze op school aanvankelijk niks merkten. Ze kende ze uit haar hoofd. Op een dag, veel later dan handig was, viel ze gelukkig “door de mand.” En nu dus Bat Mitswa. We hoopten dat ze misschien een klein dingetje kon doen, het sjema of zo, maar ze gaat gewoon bijna alles doen, uit het hoofd. Tekst heeft ze erbij, met speciale letters en veel verschillende kleurtjes, dat helpt namelijk. Haar broer gaat helpen met de Nederlandse tekst van de haftara. Ik zag hoe ze daar stond, nu gewoon in haar klofje, straks natuurlijk wat sjieker en zelfs ik - jullie weten dat ik een ongenaakbare macho-man ben - voelde wat prikken in mijn oog. En het was niet Paul Damen met een jad. Ik vind het allemaal maar niks, dat groter groeien. Komend jaar gaat ze ook nog naar de middelbare school, we gingen van de week een dagje kennismaken. Nou ja, “we” ik kon gelijk optiefen natuurlijk om haar in de middag weer te mogen ophalen. Ze waren blij met haar, ze kan daar volgend jaar fijn beginnen.Moet nog wel even een grotemevrouwenfiets regelen. Gelukkig heb ik nog steeds mijn baby van zes jaar, die mag ik nog steeds platknuffelen, alhoewel hij de door mij gekozen koosnaampjes steeds minder vaak accepteert. “Ik ben geen malle bonkie!” roept hij dan. Zucht. En hij poetst ook al zélf zijn tandjes. Mij blijft ook niets bespaard.

Eerder gepubliceerd in NIW 33, 2022.

vrijdag 29 april 2022

Simpele zielen

Wat doen normale mensen wanneer het Pesach is? Nou helemaal niks want ze hebben er natuurlijk nog nooit van gehoord. Niet dagenlang handenwringend piekeren wat nou weer te breien van die akelige matses, weer matsebrij of toch maar matse-lasagna? Laatstgenoemde heeft zelfs een echte eigen naam: matsagne. Om te grienen zo fijn, maar niet voor de lijn. Onze seider was heel bijzonder, we waren bijna compleet. De nek van ons gezinslichaam was helaas niet aanwezig. (U kent de uitdrukking: wanneer de nek draait, draait het hoofd mee. Het hoofd ben ik natuurlijk, alleen op papier hoor, heel theoretisch, het had evengoed een half opgeblazen ballon kunnen zijn.) Mijn vrouw moest helaas haar oom begraven, niet naast de deur, dus mocht ik het doen. Charoset maken. Nog nooit gedaan. Ik had appels gekocht en dat was het eigenlijk wel. Geen idee had ik. Appels raspen, bedacht ik me. Waar ligt de rasp? Dus maar met een aardappelschilmesje de appel in pietepeuterige stukken gesneden. Stukken, geen stukjes, want dan had ik mezelf maar verwond. En dan amandelschaafsel erbij. En nu? Ik staarde in het aanrechtkastje en pakte de caramelstroop. Slim. Nu had ik een dikke brij met brokken appel en amandel. Druivensap! Fantastische uitvinding. Ik flikkerde alles doorelkaar en gooide er wat kaneel bij en in een opwelling basterdsuiker. Het zag eruit alsof ik een sloot had leeggeschept, maarrrrr de kindjes smulden en dat is toch het enige dat telt. Samen met de oudste dochter de avond gedaan en afgesloten met de vraag aan ons allemaal waarvan we onszelf het komend jaar zouden willen bevrijden. Dat was mooi en intiem. Maar ja, de week begon nog maar net he. Wat kun je nog meer doen tijdens Pesach? U raadt het in één keer: ik ging naar de Simple Minds. In oktober 2019 had ik kaartjes weten te bemachtigen voor hun concert begin 2020, maar door een wereldwijd dingetje bleven ze de show maar uitstellen! De kaartjes bleven in de binnenzak van mijn Harris Tweed-jasje (ongelogen: ooit overgenomen van de woordvoerder van de SGP. De eerste keer dat ik er op Zondag mee in de Jumbo liep voelde ik me zelfs schuldig.) Afgelopen week was het eindelijk zover! Ik met mijn BFF naar de Ziggo Dome. Daar was ik nog nooit geweest want al sinds mijn puberteit vermijd ik grote mensenmassa’s. Dus ik vond het nogal spannend. Eng. Zweet stond in mijn handen. Kwamen we wel op tijd? Konden we het wel vinden? Wat als er iemand op mijn stoel zat? Zou ik als kleine meneer, de enige met een smokinghemd, niet worden vertrappeld door de grote mensen? Afijn, we kwamen uiteraard 3 uur te vroeg aan, stonden net zolang in de rij en toen bleken de streepjescodes op mijn kaartjes, na drie jaar in de Harris Tweed niet meer leesbaar. We werden teruggestuurd naar het begin van de rij, naar een loket met dik glas en van die praatgaatjes. Of ik mijn ticketnummer kon noemen. Maar ik had geen bril bij me. Gelukkig had een jongedame kennelijk medelijden en die las het voor. Of ik mijn ID kon laten zien. Oei, die heb ik nooit bij me. Na een vermoeide zucht vanachter het glas en een opgeluchte zucht van yours tRoelie kregen we nieuwe kaartjes en konden we weer achteraan aansluiten. We kwamen binnen, vonden onze zetels, mooi hoog boven het plebs op de vloer beneden en zaten vol blijde verwachting uit te kijken naar onze helden van weleer. Om ons heen alleen maar leeftijdsgenoten. 15000 mensen van exact 50 jaar, ik kan er misschien iets naast zitten. De band kwam op, nou ja, wat er van over was na 40 jaar dus een verkreukelde oude man met een microfoon, ik hoopte maar dat zijn gebit zou blijven zitten tijdens het zingen en een dito gitarist. Opvallend: ze kunnen er niks aan doen dat ze ouder zijn geworden, dat hopen we tenslotte allemaal te worden, maar ze hadden potverdikkie wel de dames uit de jaren 80 ingeruild voor nieuwe versere! Niet eerlijk! Afijn, ze begonnen, het bloed liep al snel uit mijn oren, het was niet om aan te horen. Kende de nummers niet, kon niks verstaan van de teksten en het geluid snerpte door mijn hoofd en het voelde alsof er een fietsspaak in mijn gehoorgang werd gestoken. Helemaal van rechts naar links. Dat je aan beide zijden een stukje fietsspaak ziet uitsteken. We gingen in de pauze weg. Later las ik hoe geweldig het was. Na de pauze, dus. Zucht.

Eerder gepubliceerd in NIW 29, 2022.

vrijdag 25 maart 2022

Sjiwwe

Deze week was het poeriem en u kijkt natuurlijk reikhalzend, waarschijnlijk met een gemeen grijnsje op uw stoppelige snuit, uit naar de avonturen van ondergetekende, die ongetwijfeld in een jurk naar sjoel ging, daarmee koningin Esther ernstig beledigend want die had geen baard, alwaar hij struikelde, uit zijn glanzende roze panty scheurde om vervolgens zijn grote voortanden te versplinteren op de rand van de bima. Och, och, och wat zou u daarvan genieten. Helaas, helaas, ik moet u teleurstellen. Niet alleen schrijf ik dit terwijl het nog niet eens poeriem is (door sommigen ook wel geringschattend "joods carnaval" genoemd, terwijl een iegelijk toch dondersgoed weet dat wij ons niet te buiten gaan aan buitenechtelijke seksuele uitspattingen tijdens ons feest zoals die sommige vermaledijde ongetwijfeld voormalige papekoppen. Drinken daarentegen is, net zoals bij de carnavalsklanten, wel weer een goede gewoonte tijdens poeriem, Paul Damen kan u daar alles over vertellen want voor hem is het elke dag poeriem, maar wij doen dat zodat we niet meer het verschil zien tussen Mordechai en Haman (geratel graag), tussen vriend en vijand) ik wil het gewoon over heel iets anders hebben. Net zoals normale mensen komen wij ook regelmatig te overlijden. Meestal maar een keer, alhoewel volgens sommigen een enkeling het zo'n 2000 jaar geleden na drie dagen voor gezien schijnt te hebben gehouden en het doodzijn toen maar opgaf. Je moet het ook wel kúnnen natuurlijk. Maar in het algemeen: het schijnt iets te zijn dat je niet tegenhoudt, dat je overkomt en waartegen niet te vechten valt. Hoe graag we ook ruzie maken en discussiëren, dit debat verlies je altijd. Wanneer je overlijdt ben je meestal dood en wordt je begraven of gecremeerd. Wij begraven doorgaans onze doden in verband met de te verwachten wederopstanding. Je wilt dan niet als grijzige stofwolk tegenover Hem/Haar staan maar uiteraard gewoon keurig in je witkatoenen doodsgewaad met al je knekels intact. Zover is het alleen nog niet, we moeten eerst nog een tijdje gewoon stil in onze kist liggen. Ook een goed argument voor een spaanplaten kist: de meeste urnen zijn heel lelijk, het lijken soms net bloemenvazen die geboetseerd zijn door blinde psychiatrische korsakovpatiënten. Na de teraardebestelling zijn we nog niet klaar, o nee, want daarna zit de familie een paar dagen sjiwwe. Sjiwwe betekent 7, het zijn de 7 dagen van diepe rouw die de naaste familie in acht neemt na het overlijden van een dierbare. Ik vind dit een hele mooie en goede gewoonte, mocht het zelf afgelopen week helaas weer eens beleven. Je komt bij elkaar, om bij te staan, te steunen, om de familie te laten zien dat ze niet alleen is, om eten te brengen en met elkaar de overledene te gedenken. Uiteraard zijn er de vaste traditionele gebeden die je samen zegt, het lernen daarna maar vooral gewoon het elkaar in de ogen te kijken en vast te houden. Te praten en te luisteren. Te voelen dat degene die is afgereisd naar de onzichtbare bestemming er ook een beetje bij is. Het is echt een daad van liefde, van betrokkenheid naar elkaar, naar de overleden naaste. Er wordt kaddisj gezegd wanneer er minjan is. Ik was toevallig de laatste man die arriveerde en toen konden we beginnen. Had alleen geen sidoer meegenomen, maar wel een overheerlijke mozzarella-salade Gelukkig kreeg ik een minuscuul boekje dus ik kon meedoen. Geen leesbril, dus het had evengoed mandarijn of swahili kunnen zijn, maar het kaddisj wordt tijdens elke sjoeldienst een paar keer gezegd, dat scheelt. Het kaddisj gaat over de grootsheid van de Eeuwige en niet over de overledene. Dat lijkt apart, maar het geeft alleen maar aan dat eigenlijk alles in de handen van G'd ligt. Dat het goed is. Dat kan heel troostend zijn. Het eindigt aldus: Moge er veel vrede uit de hemel komen en leven! Over ons en over heel Israël. Hij die vrede maakt in zijn hoge sferen zal ook vrede maken voor ons en voor geheel Israël. Rust in vrede lieve Betty. Ameen.


Eerder gepubliceerd in NIW 25, 2022.


zaterdag 19 maart 2022

Vanitas vanitatum omnia vanitas

Opeens realiseerde ik me dat ik een vijftiger ben. Dat is voor vrouwen een spannende leeftijd want de schoot verdort en het enige dat nog rest is het huilend knuffelen van een labradoodle. Echter, ook voor manspersonen is dit een bijzondere episode in het leven. De penopauze doet zijn of haar intrede en dat laat diepe sporen achter in het gelaat. Tenminste, bij mij. Dochter Roos, van wie ik doorgaans heel veel hou, wees me er tijdens de sjabbesdis heel liefdevol en vriendelijk op: Jezus pap wat heb je opeens veel rimpels bij je ogen! En je baard wordt helemaal grijs. Uiteraard glimlachte ik dapper, niet te nadrukkelijk want dan zou je mijn rimpels nóg meer zien, als diepe voren in een vaak beschaatste vijver, maar toch, ik glimlachte. En kneep haar zo hard in haar knie dat ze haar prachtige bruine ogen opensperde en geen woord meer kon uitbrengen. Dat was natuurlijk voor iedereen het beste want anders had ik mijn hoofd wellicht grienend verdronken in mijn overheerlijke zelfgemaakte vegetarische kibbesoeb. Na het bensjen, waarbij ik haar extra hard zegende, alle brooches op haar rosj kwamen goed aan, ging ik toch maar even voor de spiegel staan. Mozes kriebel, het kind had gewoon gelijk. Het beeld dat ik nog steeds had van de slanke 17-jarige (Ik schijn ooit te hebben gezegd dat ik altijd 17 zou blijven, mijn vrouw heeft me daar jaren en jaren mee gepest, want het bleek niet waar te zijn) viel volledig in duigen. Een oude man staarde me aan vanuit de spiegel, waar ook al het weer in bleek te zitten. Actie bleek nodig! Allereerst besloot ik te gaan afvallen. Dat had ik het afgelopen decennium al zeker 27 keer besloten maar nu moest het dan toch voor het eggie. Het keto-dieet had ik al geprobeerd, maar na een half jaar alleen maar biefstuk met kip te hebben gegeten en als toetje een halal kipfrikandel van de Jumbo was ik daar alweer een hele tijd mee gestopt. Dus nu eet ik per dag 800 calorieën. Een cracker met magere mayo en een tomaat is mijn lunch. Ontbijten doe ik niet want ik doe heel hip aan IF. Jullie onwetende dikkerds hebben geen idee waarover ik bazel dus ik zal het even uitleggen: IF staat voor Intermittent Fasting. Dit houdt in dat je tussen 7 uur des avonds en bijvoorbeeld 11 uur des ochtends niet eet. Dat is voor een stalen karakter als ik, een man van stavast met stevige tred en doortastende blik natuurlijk appeltje (75 kcal) eitje (64 kcal.). Neen. Met name in de avond, wanneer ik een ingewikkeld boek lees over filosofie of proctologie (ik bedoel natuurlijk dat ik gewoon The Office zit te kijken op Netflx met een whisky'tje) krijg ik zo’n enorme trek dat mijn buikje rommelt als een mijnschacht waar de kompels net 1000 ton TNT hebben laten afgaan. Bij mijn buurvrouw Trees rolt het behang van de muur. In Vierlingsbeek heb je de Rooms-Katholieke Voetbalvereniging Volharding maar ik heb nog nooit van mijn leven gevoetbald en was ook zelden Rooms-Katholiek. Dus smokkel ik soms tijdens het vasten en neem een half cherrytomaatje. Of een stronk witlof. Niets blijft mij bespaard. Toch ben ik al 7 kilo kwijt inmiddels, waarvan akte. Naast het afvallen is ook mijn haardos een puntje. Het lijkt wel of er een albatros op heeft gepoept en dat ik het daarna met een kam heb verspreid tot aan de dode puntjes. Dus ik moest ook naar de kapsalon. Was al een half jaar niet geweest door lockdowns en pure luiheid. Normaal zeg ik dan: haal zoveel mogelijk grijs weg alstublieft. Maar als ik dat nu zou zeggen zou ik als een varken worden kaalgeschoren. Of als een schaap. Dus ik zei: Doe maar wat het beste bij me past! Nou dat deed de kapster: ze houdt van lang haar en dat stond me dan ook het beste. Op wolken liep ik terug naar huis, waar niemand zag dat ik naar de kapper was geweest. Behalve mijn teerbeminde met wie ik nog steeds niet onder de choepa ben geweest. Ik vroeg haar wat ze ervan vond en als antwoord ging ze zingen: It's my life, It's now or never, but I ain't gonna live forever, I just want to live while I'm alive! Ze vond dat ik op Bon Jovi leek. 


Eerder gepubliceerd in NIW 21, 2022


Stronteingwies

Wat een fijn begin van de dag. Eerst mochten we de kleuter wakker maken hetgeen hij niet leuk vond. Hij klampte zich vast aan de spijlen van zijn bed en liet niet los. Helaas mag je je kinderen niet meer slaan, dus dan wrik je liefdevol en voorzichtig de kleine vingertjes los met een waterpomptang. Daarna broekje en truitje aan en dus keurig aangekleed van de vloer geraapt want hij ging dus gewoon keihard als een rechtgeaarde socialist in algehele lockdown. Onder mijn arm meegezeuld de trap af en aan de ontbijttafel in één van onze vele woonvertrekken geparkeerd. Vervolgens vertelde ik hem dat we naar de tandarts gingen. Het regende stille tranen op zijn bordje en hij kreeg geen hap meer door zijn kleine kleuterkeeltje. Ook gaf hij me te verstaan dat ik mijn plannen niet ten uitvoer zou kunnen brengen. Hij kent de uitdrukking nog niet maar ik kon ze zogezegd oprollen en ergens steken waar het zonnetje uiterst zelden haar stralenpracht vertoont.  Toen kreeg ik het fantastische idee om te gaan fietsen aangezien ik aan de slanke lijn doe. Zijn moeder, die normaal altijd met hem meegaat zei: doe dat maar niet. Moge zij tot 120 mij overstelpen met haar wijsheden. Ik hielp het emotionele mannetje met zijn schoenen want met betraande ogen kreeg hij die niet snel genoeg aan. Nederig Knielde ik voor zijn aangezicht neder en ging als straf gelijk door mijn knie. Dat was natuurlijk wel weer leuk want dat maakt een grappig knallend geluid en de pijn is altijd dusdanig dat ik kerm als een zeehond met een knuppel in zijn schedel. Koelbloedig als ik ben met geweld de ontstelde knie weer recht gebogen, hetgeen gepaard ging met een luide bonk en toen - eigenwijs als ik ben - de intense pijn zoals alleen mannen die kunnen ervaren tóch op de fiets. Mijn hele dorp zei het vroeger al: “Ie bint stronteingwies.” Had ik me toch even vergist in de afstand. Ik moest naar de Duitslandweg en dat is toch zo'n 1933 kilometer. Met 45 steile bruggen op het Spoorbaanpad. Het kereltje, inmiddels weer hartstikke vrolijk, zat kletsend achterop met zijn handjes op mijn rug, onder mijn smokinghemd. Papa! Je rug wordt helemaal zweet! Niet zo gek want ik hijgde als een astmatisch schillenpaard en trapte op de pedalen van mijn stalen ros alsof er een cohort FvD-jongeren me op de hielen zat. We verdwaalden in Almere Poort. We kwamen 5 minuten te laat. Volkomen doorweekt, het zilte water liep in mijn ogen en uit mijn mouwen, parkeerde ik mijn Piet Pelle en wilde afstappen. Helaas was ik vergeten dat ik door mijn knie was gegaan dus ik pleurde bijna ondersteboven met fiets en kind. Ze lieten me niet binnen, al wijzend op hun snuit, dus ik vreesde dat er een ons snot en een hectoliter doodszweet in mijn baard hing. Neen, ik moest een mondkap op teneinde mijn amechtig openhangende snoet te bedekken met een lap. Daarna naar binnen. Aangezien dit Almere is, waar iedereen altijd te laat is, vonden ze me keurig op tijd. Alles was in orde met de ivoren pianotoetsjes van The Dude. Toen ik weer was bijgekomen mochten we weer naar huis fietsen. Moraal van dit verhaal: luister altijd naar je joodse vrouw. En als ze niet joods is luister er dan voor de zekerheid ook maar naar. Je kunt wel stronteigenwijs iets anders kiezen maar dat is dom en zinloos en zal enkel leiden tot pijn en ondergang. Ik snap dat mannen die in een homoseksuele relatie verkeren nu in blinde paniek een gesubsidieerde homogenezing-cursus gaan volgen, maar ik kan het niet mooier maken dan het is. Sterkte daarmee!


Eerder gepubliceerd in NIW 17, 2022

Kerstboom

Dus ik naar de Praxis met de kleuter. Vindt-ie leuk. “Wat gaan we kopen papa?” Nou om te beginnen een ijzerzaagje. “Wat is een ijzerzaagje?” Nou da’s een zaag waar je ijzer mee kunt zagen. Hij is gelukkig snel van begrip. “Waarom kopen we een ijzerzaagje papa?” Dat kon ik hem natuurlijk niet vertellen, maar zijn oudste broer, twintig jaar is dat kindje al, vroeg aan Sinterklaas als cadeautje ‘dat mijn slot opengezaagd wordt’, aangezien hij de sleutel van zijn fiets kwijt was. Die zat nog in zijn jas. En die jas ligt ergens in een trein. Maar Sinterklaas heeft helemaal geen zin om een slot van een kerngezond 20-jarig kindje te gaan lopen doorzagen dus kocht deze chagrijnige Sint een ijzerzaagje zodat het luie kind dat lekker helemaal zelf mocht gaan proberen. Alsof het de Sint was die die jas in de trein had laten liggen, nee toch zeker? Dit kon ik de kleuter allemaal niet vertellen dus ik mompelde maar wat en begon over het tweede belangrijke item dat we gingen halen: ducttape. Dat kent de kleuter wel. Papa repareert alles met ducttape. Zijn Trabant, zijn kapstok, zijn huwelijk en dit keer zou hij daarmee de wc gaan repareren, want die lekte door een barst. Ducttape is de redding van alles. Als we iedereen een rol ducttape geven is corona zo de wereld uit. Afijn, vrolijk koutend wandelden we naar de Doe-Het-Zelf-Zaak en wie komen we daar tegen, tot mijn intens verdriet en afgrijzen? Thierry Baudet? Neen, nog veel erger: een lieve buurvrouw met 2 glunderende kindjes die met rode konen in een buggy een reusachtige in een visnet verpakte kerstboom mee naar hun doorzonwoning zeulden. Hel en verdoemenis. “Papa, waarom kopen ze een kerstboom?” Nou mien jong, omdat ze kerst vieren vermoed ik. “Ik wil ook een kerstboom!” Nee lieverd, dat doen we niet hoor, wij vieren immers chanoeka! Maar ik wil kerst vieren, chanoeka is stom. Tja, daar sta je dan even met je jiddische bek vol tanden. Wat te doen? Zou Lenin zeggen. Welnu, standvastig blijven of sterven denk ik. December is ten slotte al erg genoeg. Kom kom Roel, stel je niet zo aan, die zes kinderen wilde je zelf en het is ongetwijfeld elk jaar een dolle boel en reuzegezellig. Zéker, zéker, maar wat we niet moeten vergeten is dat het én Sinterklaas én chanoeka is! Chanoeka; waarop we herdenken dat we voor de zoveelste keer ontkwamen aan gevangenschap - terwijl we luidkeels een bekende hit van BoneyM zongen: By the rivers of Babylon - en in dit geval ook nog eens de tempel heroverden, waarbij we een enorme kandelaar opnieuw ontstaken die - o groot wonder - 8 dagen brandde op slechts één vaatje olie en dat daarom maar liefst 8 dagen duurt en waarbij je malkander óók cadeautjes geeft! Elke dag! Dus dat maakt 8 dagen keer zes kindjes en slechts één echtgenote 56 leuk ingepakte hebbedingetjes die ik moet regelen! En dan zou ik ook nog kerst moeten vieren? Behalve dat dat halachisch onverantwoord is zou ons rijtjeshuis uitpuilen van alle troep die we niet nodig hebben en zou ik de Raiffeisenbank moeten smeken mijn faillissement nog eventjes uit te stellen tot de heugelijke dag dat de kindjes het huis uit zijn. Hetgeen met de huidige huizenmarkt nooit zal gebeuren, we zullen tot in de eeuwigheid bij elkaar blijven. En ik heb het al zo zwaar. Nee lieverd, wij nemen geen kerstboom, vanavond steken we de kaarsjes aan en spelen we nog een keertje met de dreidel. 

Een groot wonder gebeurde daar bij de Doe-Het-Zelver: de dreumes draaide als een tolletje, dit was de pleister - ducttape - op de wonde. De kerstboom ging neer -met een ijzerzaagje- en het jodendom in de polder was weer gered. 



Eerder gepubliceerd in NIW 13, 2021