donderdag 7 september 2023

Bennett Arron

Niets blijft ons, grappende paljassen bespaard. Ongelofelijke charpe op 27 augustus in het Verenigd Koninkrijk. Bennett Arron, de nog niet heel bekende maar wel opkomende ster in Wales als het gaat om stand-up comedy, “de Welshe Seinfeld,” zag zijn sterallures plots voorzien van een jodenster. Een vertegenwoordiger van diverse Britse cabaretiers verstoorde het feestje van de familie Arron, na afloop van de one-man-show “Loser” (oftewel “Sukkel”) gedurende het bekende theaterfestival Fringe in Edinburgh. 

Terwijl Bennett samen met zijn naasten aan het nagenieten was van zijn zeer succesvolle en volgens het publiek meest humoristische optreden ooit, vol zelfspot, terugblikken op zijn al dan niet sukkelige leven, pas zijn 5e zelfstandige optreden, vond deze tussenpersoon het nodig allerlei misselijkmakende antisemitische drek over hem uit te storten. Zo schreeuwde hij dat “Joden altijd overdrijven als het op antisemitisme aankomt.” 

Als je dat moet schreeuwen tegen een man, genomineerd voor de BAFTA-award, een prijs die al 75 jaar elk jaar wordt toegekend door de British Academy of Film and Television Arts aan een “rising star” binnen diverse genres, dan zal het wel waar zijn he. Jaloezie in optima forma.

Ook bleek de agent, een aanhanger van de Labourpartij, waarover het CIDI in 2017 al schreef hoe diep het antisemitisme daar geworteld zit, het schandalig te vinden dat de nagedachtenis van de helaas nog levende Labour-corifee Jeremy Corbyn door “de Joden” werd besmeurd. Jeremy Corbyn, de raszuivere ik bedoel rasechte socialist die weigerde de viering van 100 jaar Balfour bij te wonen, omdat daar de basis is gelegd voor wat later de Joodse staat Israel zou worden, wiens aanhangers davidsterren plakten op afbeeldingen van premier Theresa May in de aanloop naar diezelfde herdenking en de Corbyn die het een goed idee vond naar een bijeenkomst te gaan waar één van de terroristen die in München in 1972 dood en verderf zaaide bij de Olympische Spelen - elf Israelische atleten en een Westduitse politieagent kwamen om - werd geëerd. Ongelofelijk om zo’n fijne man überhaupt (Duits woord, puur toeval) te willen belasteren! 

Terwijl zijn familie totaal flabbergasted oftewel geschokt toekeek, probeerde Bennett de agent te overtuigen het er op een ander moment samen eens over te hebben. “Zo doen ze het nou altijd!” riposteerde de antisemiet. “Joden hadden nooit Israel mogen krijgen. Andere minderheden klagen terecht over discriminatie, maar Joden niet!” De man vertegenwoordigt in de Britse theater-wereld diverse mensen, vaak uit minderheidsgroeperingen. Heel jammer dat Arron de naam niet wil prijsgeven. Waarom niet? Omdat hij juist die mensen een warm hart toedraagt. Het zijn z’n collega’s, hij kent ze, weet hoe zwaar “het wereldje” kan zijn en gunt ze een mooie toekomst. Op de sociale media werd dit zwijgen niet door iedereen gewaardeerd. Er was begrip voor zijn standpunt, zijn collegialiteit, maar er was ook verbazing: de man zou juist moeten worden exposed, om anti-semitisme te bestrijden.

Gary Mond, de voorzitter van de National Jewish Assembly reageerde als volgt: “Op dit moment is het aantal antisemitische incidenten in het Verenigd Koninkrijk groter dan ooit. Ongeveer een half procent van de bevolking is Joods, maar van alle “ hate crimes” treft 25% de joodse bevolking. Joden hebben Israel niet “gekregen.” er is voor gevochten. 

Voor wat betreft het besmeuren van Jeremy Corbyn: ook daar is geen sprake van; wij Britse  Joden reageerden enkel op zijn uitspraken en acties, waar we duidelijk een antisemitische ondertoon zagen.”

Het verknalde voor Arron in elk geval echt één van de mooiste avonden uit zijn loopbaan, na 

afloop van een show waarin hij alles had gegeven, waarin hij probeerde uit te zoeken of hij nou echt een sukkel was of niet. Nee, Bennett, jij bent zeker geen sukkel, we weten echter allemaal welke naamloze “Loser” dat wél is. 



woensdag 16 augustus 2023

Machanee Hachee

We zitten midden in de zomerperiode. Een zestal weken waarin alles een tandje minder snel gaat, er weinig gebeurt en we elk jaar weer de verwachting hebben ons vermoeide lijf en ons afgepeigerde brein weer op te laden om in september weer vol goede moed en fris van geest weer mee te dansen in het gedruis van de wereld. Uiteraard blijkt dit elke keer weer ijdele hoop en zijn we na een “gewone” week alweer helemaal opperdepop. Misschien moeten we allemaal maar lid worden van een Joodse jongerenorganisatie. Die weten tenminste hoe je mensen tot leven kunt wekken. Ik kan het weten: een van mijn talrijke kinderen is sinds een paar weken voorzitter van zo’n club, benoemd tijdens het zomermachanee. Een zomermachanee klinkt als een zonnige variant op hachee, maar de enige overeenkomst met dit gerecht is de diverse mix die je aantreft. Een mix van uiteenlopende soorten kind van joodse snit. Die stop je dan een week in een soort herberg in één of ander dorp waar de lokale chinees al iets bijzonders is, laat staan zo’n hele roedel deels randstedelijke (maar afkomstig uit het hele land) al dan niet bekeppelde pubers.

De gedachte: allemaal heel verschillende tieners die zich een week met elkaar moeten vermaken doet zelfs mij, toch de trotse bezitter van een hele tros nabestaanden, sidderen van afgrijzen. En zo’n week organiseren ze ook nog eens zelf. De madrichiem (leiders m/v/x) bestaan óók uit jongeren, zo tussen de 18 en 22 jaar. Iets ouder dan de deelnemers, de chanichiem, die tussen de 12 en 17 zijn. Die draaien dus met elkaar een heel programma in elkaar, voor een goed gevulde week en het werkt. Er worden vriendschappen gesloten, netwerken voor de eeuwigheid opgebouwd. Kinderen komen buiten hun bubbel en ontmoeten andere joodse jongeren die soms een heel ander leven leiden dan zij. Zo zijn er ouders die in een dure Mercedes rijden, soms zelfs met een afstandsbediening om de portieren te vergrendelen - dit bestaat echt - maar er zijn ook achennebisje kindjes met een vader die in een Trabant rijdt. Die kinderen trekken dus een week samen op, koken samen, dansen samen (je valt van je poef, ook de jongens doen mee), doen enge spookspelletjes met zaklampen, ondernemen pe’oela-activiteiten om te leren over joods leven, ze organiseerden zelf een sjoeldienst en ga zo maar door. Het werkte. Eén van mijn kinderen vertelde dat ze het bensjen (dankgebed na de maaltijd) eigenlijk het allerleukst vond. Dat snap ik, het gaat gepaard met vrolijke zang, een mix van traditionele liederen gelardeerd met eigen humoristische inbreng en veel, heel veel lawaai. En moe dat ze waren bij thuiskomst! Hilarisch gewoon. Maar vrólijk. Vier kinderen had ik een week moeten missen (niet erg, heerlijk rustig), 2 als leiding en 2 als deelnemer en alle vier kwamen heel terug. En heel blij zoals gezegd. “Ik voelde me geaccepteerd zoals ik ben.” Vanuit mijn werk spreek ik regelmatig mensen uit de christelijke wereld en dan komt ook wel de vergrijzing in de kerken ter sprake. Dit baart mensen zorgen, hoe kunnen ze jongeren blijven betrekken? Als ze klein zijn stop je ze in je tas en neem je ze mee naar de kerk. Als ze ouder worden haken ze vaak af. Je snapt dat ik dan een goed advies voor ze heb: laat ze het zelf organiseren. Zo blijven ze betrokken bij de gemeenschap en elkaar. In de herfstvakantie gaan ze weer los, ik kijk er nou al naar uit. Nog een fijne zomer allemaal, misschien komt er nog zon!

Eerder gepubliceerd in NIW 38 - 2023

zaterdag 8 juli 2023

Gij zult niet liegen

Vorig jaar ging ik met de jongste telg uit mijn roemruchte geslacht naar de Oldtimerdag in het altoos pittoreske en jaloersmakend prachtige Lelystad. Wat een heerlijke dag! Er stonden heel veel antieke auto’s en zelfs een dansende auto van een vaag merk uit Turkije dus pret alom. Mijn 6-jarige erfgenaam vroeg me, zeggende: “Komaan vader, waarom doen wij hier niet aan mee? Ik heb hier in de Bataviahaven nog geen enkele Trabant kunnen ontwaren, hetgeen een chotspe is!” Het knulletje had natuurlijk enorm gelijk dus thuisgekomen dook ik in de site van de organisatie teneinde de toelatingscriteria te toetsen aan mijn automobiel. Welnu, je mocht meedoen in diverse klassen en klasse F was voor autootjes gebouwd vóór 1970. Nu is de Trabant vrijwel ongewijzigd gefabriceerd tussen 1962 en 1991, het jaar waarin de perfide kapitalisten uit de BRD de fabriek sloten en op het typeplaatje onder mijn motorkapje stond gelukkig 1965. Check. Dat het typeplaatje ooit door één van de voorgaande eigenaars over het typeplaatje uit 1988 was gelijmd leek me niet ter zake doende. Dus ik het inschrijfformulier ingevuld en wachten of ik zou worden toegelaten. Uiteraard waren ze dolblij met mijn aanmelding, ik mocht komen en ik kreeg nog de vraag of ik wat interessante details wilde verstrekken betreffende mijn Schorsch, want zo heet de Trabant in kwestie. Nou, kon eigenlijk niks bedenken dus liet het maar zitten. De grote dag naderde en al stuiterend over de miljarden verkeersdrempels van Lelystad arriveerden de jongste en ik op het volledig voor de oldtimers gereserveerde terrein. Ik parkeerde tussen een Daf, die glom als een verse drol in het maanlicht en een NSU uit de jaren 50 die er ook al spik en span uitzag. Daartussen dus mijn ongewassen Trabant, vogelepoepjes op de raampjes, antieke kruimels op de stoeltjes, chocoladewikkels overal én natuurlijk de traditionele toiletrol op de hoedenplank. Wat zou de jury een pret hebben! Belangrijk detail zou bijvoorbeeld de originaliteit zijn: kloppen alle onderdelen met het bouwjaar. Ik zag ze in gedachten al over de grond rollen van het lachen, hysterisch hoestend want het was nogal warm en benauwd. Geen enkel onderdeel, behalve het typeplaatje, was in overeenstemming met het vermeende bouwjaar. Helaas was ik op het moment dat ze mijn auto zouden bestuderen stomtoevallig nét aan het rondkuieren met mijn kleuter van inmiddels 7 over het terrein, onderwijl likkend aan ambachtelijk ijs, dus ik miste hun psychose bij het aanschouwen van mijn bolide. Helaas! We moesten ook nog langs de jury rijden, in een feestelijke stoet. Een oudere man, die dit al 57 jaar deed, hield een verhaaltje bij elke auto, dat uit grote luidsprekers schalde en door diverse camera’s werd geregistreerd. De kleuter was het ondertussen helemaal zat en die scandeerde naast me enkel nog IK WIL NAAR HUIS IK WIL NAAR HUIS terwijl hij zijn best deed met zijn hoofdje mijn hardplastieken dashboard te beschadigen. Toen wij aan de beurt waren en de auto even stilzetten voor de jury zweeg hij gelukkig en ik ging ervanuit snel te kunnen doorrijden en dan huiswaarts te kunnen sneaken, omdat de luide Spreker toch geen story over mijn bolide had. Het liep even anders. Hij schalde over Lelystad dat “in 1989 in precies déze Trabant mense die u nú voor u ziet arme onschuldige Oostduitse vluchtelingen naar Praag waren gereden teneinde daar over het hek van de Westduitse ambassade te kunnen klimmen waarna het Tsjechoslowaakse volk zich liefdevol over de achtergelaten Trabant had ontfermd. Ja mense dit was één van die Trabantjes die bij het hek van de ambassade, waar velen de vrijheid zochten én vonden was achtergelaten. Laten we nooit vergeten dat vrijheid een groot goed is!”

Ik dacht dat mijn inmiddels knalrode hoofd zou ontploffen. Was helemaal vergeten dat ik op een avond na een biertje of 6 aan mijn knagende gevoel gehoor had gegeven. Het zat me klaarblijkelijk dwars dat ik geen Verhaal had bij mijn auto. Toen heb ik dus kennelijk toch maar iets naar de organisatie gemaild. Was het glad vergeten. Maar je weet nooit: wie weet was het waar.


Eerder gepubliceerd in NIW 34 van 2023

vrijdag 9 juni 2023

Zuivelzicht

Vorige week was het Sjavoeot. Het leek me leuk daar mijn column aan te wijden. Die arme Moshe die stotterend in zichzelf - w-w-w-waarom doe ik dit eigenlijk voor dat ondankbare vo-vo-volk- de berg beklom om daar met gevaar voor eigen leven, want stel dat hij het aangezicht van de Eeuwige te zien zou krijgen, twee lompzware trottoirtegels te gaan halen waar 10 woorden, 10 regels in gebeiteld zouden zijn, teneinde het gepeupel een richtsnoer te bieden voor hun leven. Het zou dan niet blijven bij die 2 enorme A4-tjes, o nee, in totaal zouden het 613 ge- en verboden betreffen. Om jullie blij te maken had ik die allemaal willen noteren en dan vertellen wat ze betekenen voor mijn gezinsleven. Leuk toch, een NIW van pakweg 600 bladzijden. De onvolprezen advertentieverkoper zou er dan wel wat extra annonces bij moeten verkopen om de drukkosten wat te drukken, maar daar had ik alle vertrouwen in. Ik zou dan vooral stilstaan bij het Gij zult niet echtbreken want ik ben nog lang niet gescheiden en velen van jullie wel, dus dat is leuk om er even in te peperen. Of de 169ste van de mitswot: Eet en drink niet als een veelvraat en een dronkaard. Daarbij dan een lijstje namen. Ik verheugde me er erg op. Het liep anders. Ik ontving de boodschap dat mijn collega Hielke was overleden en dan sta je toch even een tijdje anders in je schoenen. We maken het allemaal wel mee: mensen in je omgeving die “voor hun tijd” afreizen naar de Eeuwigheid. En zo stoer als ik altijd zeg dat de dood erbij hoort, dat we voor onze geboorte al heel lang dood waren om vervolgens een nanoseconde in den vleze hier rond te wandelen om daarna wederom heel lang dood te zijn, dat we een kleine schakel zijn in een lange keten van generaties…toch klopt het niet. Hij was 56 jaar, laat een kind van 7 achter waar hij en zijn vrouw zo lang naar hadden uitgekeken. Tijdens ons laatste gesprek gaf hij al aan dat hij eigenlijk niet meer wilde, dat hij er wel klaar mee was, met het ziekzijn en de akelige ongemakken. Ook de vraag: waarom overkomt mij dit? hield hem bezig. Wat kun je daarop zeggen? Zeggen dat het wel meevalt zou een ontkenning van zijn lijden zijn, het bagatelliseren van zijn pijn. Hij stond aan de rand van zijn leven, wilde er eigenlijk niet aan dat het einde naakte, en dan kun je heel menselijk in rondjes blijven draaien. Waarom ik? Een grote kerel, niet gerookt, gezond geleefd, gezinnetje, mooi huisje in Almere. Waarom ik? Mijn antwoord, hij had er misschien niks aan, luidde: je hebt gewoon enorme pech. Dit is geen karma, dit is geen straf van God of het Universum, gewoon pech. Het overkomt je, jij mag er mee dealen. Vanochtend appte ik hem nog om te vragen hoe het ging, zoals je doet als collega’s onder elkaar en ik was gelukkig niet de enige die het lijntje vasthield. Kreeg vrij snel antwoord, maar niet meer van hem. Ik deelde het met collega's, met mijn gezin en dan zie je schrik in de ogen van je kinderen. Hij was maar iets ouder dan ik, ieders leven hangt kennelijk aan een zijden draadje. Ik kookte een maaltijd met een kilo kaas, want sjavoeot en zat aan tafel met mijn 6 kinderen, mijn vrouw en ook nog een lief schoonkind. De rijkdom van dat moment, daar past dankbaarheid bij. Maar dankbaar naar wie? Hielke was net als ik advertentieverkoper. Zijn favoriete blad heet Zuivelzicht, vakblad voor de Nederlandse en Belgische zuivelindustrie. Toch nog een linkje met Sjavoeot, ondanks dat hij nog nooit van dat feest gehoord heeft.  Rust in vrede knul, want zo noemden we elkaar, moge je herinnering tot zegen zijn.

Eerder gepubliceerd in NIW 30 van 2023.

woensdag 17 mei 2023

Loslaten

Terwijl ik dit schrijf weet ik dat 5 van mijn kinderen net de grens tussen West- en Oost-Duitsland hebben overgestoken. Ze gaan met Netzer een weekend naar Berlijn, om daar de historie te proeven van de ooit gedeelde stad en - vooral - om de leden van Netzer Duitsland te ontmoeten. Netzer daar heet overigens niet Netzer Deutschland, maar Netzer Germany. Terwijl ik dit schrijf gaat onze jongste, die dit weekend even enig kind is, net naar buiten met zijn zelfgemaakte Israëlische vlaggetje “want het waait dus dan kan die wapperen!” Geen zorgen, hij is veilig op ons hofje. Ik, melancholische jankerd, mijmer erop los. Net een aantal hoog- dan wel laagtijdagen achter de rug, waaronder Jom ha’atsmaoet: de 75e verjaardag van Israel. Een groot wonder is aan ons geschied en het wonder duurt nog voort, ondanks de moeilijkheden waar we nu mee te maken hebben. Ik maak me daar geen zorgen over. In haar 75-jarig bestaan heeft Israel al 750 verkiezingen mogen meemaken. Zo zal het nu ook gaan, het komt wel weer goed. Een voor een groot deel vrijzinnige samenleving laat niet met zich sollen. Spannend is het wel.

Ook Koningsdag is net geweest. Daar heb ik helemaal niks mee en dat heeft niets met het gegeven te maken dat de vorige prinsen-gemaal bij de Hitlerjugend en de SS zaten, veeleer dat ik het een ondemocratisch instituut vind dat eerder in de middeleeuwen past dan in een moderne samenleving. Dat werkt overigens twee kanten op hoor: het is me toch een lot dat je toekomst vastligt omdat de baarmoeder waaruit je ontsproot oranje vloerbedekking had. Dat is toch ook onmenselijk, dat keurslijf. Ach ja, zoveel joden, zoveel meningen moet u maar denken wanneer u juist zo graag met uw oranje vaantje wappert. 

Terug naar mijn kinderen, die zijn veel belangrijker. De oudste 5 zijn allemaal op hun manier joods actief. De één, zelf nog maar net bat mitswa, assisteert bij joodse les, anderen geven leiding bij Netzer, eentje is nu tijdelijk in Nederland en gaat zsm weer terug naar Israël. Hoe is dat zo gekomen? In hun opvoeding hebben ze niet heel veel jiddisjkeit meegekregen vind ik zelf. Toen de oudsten klein waren gingen we veel vaker naar sjoel dan nu en ook de feestdagen werden uitbundiger gevierd. Toch maken ze nu zelf overtuigd zionistische keuzes. Misschien dat dat juist het beste werkt, niks verwachten, niks opleggen? Ik heb zelf altijd gezegd dat een joodse partner wel leuk is, maar dat het veel belangrijker is dat ze gelukkig zijn met hun keuze. We wonen in de mediene dus als je dan gaat drammen over een al dan niet joodse verkering dan weet je zeker dat het eenzame kluizenaars worden. Kunnen ze evengoed katholiek worden en in een klooster gaan zitten. Je voelt hem al aankomen: de oudste drie hebben alle drie een joodse partner. En dat vind ik stiekem natuurlijk best wel een heel klein beetje erg leuk. Kennelijk is mijn advies van de dag aan andere ouders: laat het los! 

Eeń van de kinderen appt net: “We zijn in de DDR! Ik zag een wachttoren!” Als je kinderen enthousiast zijn bij de aanblik van een wachttoren ergens in Duitsland dan weet je dat het goed is. Ben benieuwd naar hun verhalen als ze weer terug zijn. Ik weet nu al dat ik veel foto’s van Trabantjes te zien ga krijgen.

Eerder gepubliceerd in NIW 28 van 2023

woensdag 19 april 2023

Pesach en de terugkeer van dochterlief

Meewarig werd ik aangekeken bij de Jumbo. Nu ben ik dat natuurlijk wel gewend want met mijn karakter en uitstraling en het feit dat ik altijd twee verschillende sokken draag, is dat schering en inslag. Zelfs met pesach draag ik 2 verschillende kousen. Het had een vraag uit de haggada kunnen zijn: Waarom dragen we deze dagen verschillende sokken? Nogal wiedes lijkt me: als je hals over kop Egypteland moet verlaten, je zelfs geen tijd hebt om lekker luchtige edoch knapperige Kaiserbrötchen te bakken, hoe zou je dan in farao's naam wél rustig drie kwartier neuriënd in je sokkenla kunnen gaan rommelen op jacht naar 2 identieke platvoetomhulselaars? Precies, dat zou pas meewarige blikken opleveren. En de rest van het jaar heb ik daar ook geen tijd voor. Sowieso hebben we hier in dit huis waar 5 mannen (en 3 vrouwen) wonen ongeveer 52900 masculiene sokken. Ach, roept u nu opgetogen: 52900? 230 x 230? Dat is precies het grondoppervlak van de piramide van Cheops! Uw schranderheid verrast me. En zo komen we weer aan bij het begin, de meewarige blikken der caissières. Ik was namelijk druk bezig een 5-tal knalgele tassen vol te stoppen met pakken matzes. Elk jaar hetzelfde liedje, en er stonden maar liefst drie Jumbo-dames te kijken hoe de kleuter, staande op een krukje, de in oranje verpakte constipatiecrackers uit het hoogste schap nam en ze mij aanreikte. Als een kleuter dat doet gaat dat 1 voor 1 dus we stónden daar wel even want ik wilde ALLES meenemen. “Je weet toch, Roel, dat je ook gewoon een doos kunt bestellen?” De caissières kennen me kennelijk bij de voornaam, niet zo gek als je een voorname klant bent die elke dag voedsel komt halen voor zijn onmetelijk grote gezin. “Elk jaar hetzelfde liedje!” Zo werd me nog vriendelijk toegevoegd. Blozend bekende ik dat ik dat toch heus wel wist en dat ik dat gewoonweg elk jaar vergat en dat het nu te laat was. Afijn, ze gingen matzes bijbestellen want ik had gans christelijk Almere van z’n paasontbijtje beroofd. Ik stelde me de teleurstelling voor: het is paaszondag en ze eten dan maar een keiharde oudbakken krentenbol. Eén keer raden wie daar dan weer de schuld van krijgen. Heel fijn dat mijn plaatselijke Jumbo dat ging voorkomen. Gevolg was echter wel dat ze me de dagen na mijn massale matze-aanschaf af en toe wanhopig vroegen of ik er misschien nog méér nodig had. Ze raakten die krengen aan de straatstenen niet kwijt, Almere is kennelijk niet zo van de paas. Grappig dat ik me schuldig voelde en de neiging had om dan maar nog meer in te slaan. Niet gedaan hoor want van de 30 pakken die ik kocht moeten we er nog zeker 12 zuchtend naar binnen werken. Tijdens onze seideravond waren we als gezin namelijk nog niet compleet en ook de pesachweek bleef dat het geval. Wat zal het straks wennen voor me zijn als de kinderen het huis uit zijn. Nu is dochterlief weer teruggekeerd na een langdurig verblijf in Israel en zijn we weer helemaal samen als gezin. De vreugde daarover is beperkt. Met pesach in het achterhoofd is ze voor haar gevoel teruggekeerd naar Egypte en dat was niet haar wens. Nu flink sparen om zo snel mogelijk de Tocht door of over de - in dit geval - Middellandse zee weer te kunnen maken.



vrijdag 24 maart 2023

Should I stay or should I go?

En dan opeens is je dochter weer thuis. Een half jaar was ze weg, nog nooit zo lang van huis geweest. Dat voelde vreemd, voor ons allemaal. Iemand die je al sinds haar geboorte vrijwel dagelijks ziet, spreekt, knuffelt… weg. Maar nu weer terug, terwijl dat niet de bedoeling was. Ze wilde dáár blijven, in Israel, ze was dáár thuis. Maar het visum verliep, de oelpan was afgelopen en dan?. En dan opeens is ze weer hier. Heel gek misschien maar ik ben niet alleen maar blij dat ze er weer is. Het is een dubbel gevoel omdat ze hier niet wil zijn. Ze wil wel bij ons zijn, gelukkig maar, maar het was niet het plan. Dat maakt het een beetje wrang. Als ouder wil ik maar één ding en dat is - uiteraard - dat de kinderen gelukkig zijn en hun plek vinden in de wereld. Hún plek, niet de mijne. Van mij mogen ze allemaal hier in de straat komen wonen later als ze groot zijn, maar ik heb er gelukkig helemaal niets over te zeggen. En zij was de afgelopen maanden heel gelukkig in Israel. Dan moet ze dáár zijn en niet hier, hoe fijn het ook is om haar weer even vast te houden, haar hoofd op mijn schouder te voelen en elkaar weer écht te kunnen aankijken in plaats van naar elkaar staren via een stom beeldscherm. Als op de eerste dag van haar terugkomst bespraken we de mogelijkheden voor een snelle terugkeer. Die zijn er wel, maar dat is een boel geregel en dat is niet haar sterkste kant. Toch fijn dat je dan je ouders hebt die dat wél kunnen. Die hun dochter, tot hun vreugde teruggekeerd uit de ballingschap, ondersteunen om weer te vertrekken. Na een paar dagen thuis kwam haar vriend over, hoe mooi is dat! Ze wil hem Nederland laten zien, kennis laten maken met haar leven hier, haar jeugd en haar familie. Daarna een reis door Europa, samenzijn om dan ook samen een knoop door te hakken over De Toekomst. Toen ik 20 was hield ik me daar helemaal niet mee bezig, het was al lastig genoeg om na een doorgehaalde nacht of met een kater op tijd in de collegezaal te zijn. Helemaal met mijn gevoel voor richting, ik verdwaalde vaak en stapte regelmatig ook nog eens in de verkeerde bus. Wel het goede nummer, maar de andere kant op. En deze 2 mogen zich buigen over vragen als: kunnen we samenzijn en vliegen we terug, of blijven we hier en gaan we allebei in Nederland studeren, hoe moet dat dan met huisvesting, met geld, met werk? Hele andere koffie dan balen dat je de laatste trein hebt gemist of dat je niet op de naam kunt komen van het meisje waarnaast je wakker wordt. Dat laatste is mij nooit gebeurd hoor, ik was daar veel te braaf voor, maar wat een contrast met de grote beslissingen van mijn kind. En haar vriend, een voor mij inmiddels niet meer grote onbekende en zeer beminde knul want hij draagt bij aan het levensgeluk van mijn dochter. Aan de zijlijn sta ik te kijken naar hun match, met bloemen, een megafoon en een waslijst aan goedbedoelde tips, opmerkingen en grapjes. Aan de zijlijn hoor ik ook, ze mogen dit zelf uitdokteren. Ik vond de uitdrukking “kleine kinderen, kleine problemen; grote kinderen, grote problemen” altijd een beetje flauwekul. Vond de problemen toen ze klein waren ook best aanzienlijk, Nu snap ik het helemaal.Of het nou gaat om echte problémen of levensvragen, ze zijn veel groter omdat je kinderen er helemaal zelf mee moeten dealen en jij daar dan dus als toeschouwer bij staat. Ja, loslaten blijft een dingetje! In april hakken ze de knoop door, wordt het IL of NL?

Eerder gepubliceerd in NIW 22 van 2023.

donderdag 16 februari 2023

Sjlemiel in Sjoel

Voor het eerst sinds een tijdje weer eens naar sjoel geweest. De kinderen van Talmoed Tora, het zondagochtendonderwijs van de LJG, zouden ook participeren dus ik móest wel. Keurig alles klaargelegd: talliet (gebedskleed), siddoer (gebedenboek) en keppel. Dus we vertrokken zonder deze onontbeerlijke gereedschappen omdat dat nou eenmaal de normale gang der zaken is. David bracht ik naar zijn lokaaltje, die zou pas bij het uitnemen van de Tora met zijn klasje aan de dienst gaan deelnemen. “Papa, waar is mijn pauzehapje?” Vergeten, huilde ik. “Dat is niet de eerste keer!” zo sprak zijn juf. Ik zei dat ik me dat realiseerde en sloeg mezelf voor het voorhoofd. “Papa’s mogen zichzelf geen pijn doen!”  Afijn, beschaamd strompelde ik het lokaaltje uit en de sjoelzaal in. Nadat ik uiteraard van de hartelijke gastvrouw een talliet, een tenach en een siddoer had mogen lenen. Daar zat ik dan onder mijn geleende lap en deed dapper mee. Dan hoop ik maar dat niemand me ziet, stel je voor dat je een mitswe krijgt, een taakje tijdens de dienst. Mijn faalangst steekt dan altijd de kop op. Maar ja hoor, vanuit mijn waterige ooghoek zag ik een man mijn kant opkomen, Jullie kennen hem wel, hij schrijft ook voor dit blad zo eens per maand. Zijn vader ook trouwens. Dus ik staar strak voor me uit, want dan gaat het vanzelf over, maar neen ik word aangesproken of ik de peticha gammele gammele wil doen. Hij zei natuurlijk niet echt gammele gammele maar wat anders maar ik verstond het niet goed dus ik vroeg wat dat was: “Kastje open, kastje dicht.” Okay, zelfs ik, schlemiel der schlemielen, zou dat moeten kunnen. Ongetwijfeld zou de talliet van mijn schouders glijden, zou ik daarover struikelen en dan plat op mijn grote hoofd landen vlak voor het “kastje” de Aron haKodesj, de Heilige Arke. Alsof het Jom Kippoer was! Ik stelde nog voor Roos, net bat mitswa, deze taak te laten verrichten maar helaas, ik mocht het doen. Helaas zeg ik, maar het is natuurlijk een enorme eer. Dus ik bladerde met mijn zweterige klauwtjes door de siddoer om te kijken wanneer ik aan de beurt was. Oei. Er waren wel drie open en dicht momentjes. Dan maar voorbereiden op alledrie. Eerst kwamen nog de kindjes van Joodse les binnen. Ik ben dan een weekhartige meisje van 13 met een ontregelde hormoonbalans, zo zit ik daar ontroerd te kijken naar al die kleine aapjes. Echt hoor. Een paar mochten helpen de Tora weer mooi aan te kleden, de vaders en moeders die werden opgeroepen om uit de Tora te lezen namen veelal ook nog hun nabestaanden op de arm, Mooi! De kindjes gingen na de Toralezing weer terug en nog steeds had ik mijn taak niet verricht. Uiteindelijk bleek het te gaan om het openen van de Aron bij het Gebed Nederland Israel. Het ging helemaal goed, ik stond daar met mijn hand op mijn hart en niks ging mis. Ik struikelde niet, het gordijn ging niet stuk en ik vergat ook niet de rollen respect te betonen zoals dat hoort. Zo knap van mij! Kastje open, kastje dicht.

Eerder gepubliceerd in NIW 18, 2023


donderdag 19 januari 2023

Jeugdjournaal

Jullie hebben natuurlijk allemaal in het vorige NIW (trademark) de foto gezien van mijn Roosje op de bima bij de LJG Amsterdam, omdat ze werd geïnterviewd door Joris Marseille van het Jeugdjournaal. Ik mocht die bewuste dag met haar mee, mijn vrouw zou gaan maar die was geveld door de griep. Dus we reden met de Trabant naar sjoel, mochten zowaar áchter het hek parkeren (scheelt weer 10 gulden per uur) en ontmoetten daar cameraman Mees en presentator Joris. Na een boeiende monoloog van de dienstdoende rabbijn over halacha, bar en bat mitswa, minhag (gebruiken) en het feit dat bij de LJG mannen gelijkwaardig zijn aan vrouwen gingen we naar de sjoelruimte om te filmen en te praten. Mooi om te zien hoe zorgvuldig ze omgingen met mijn kleine kipje. Als ze iets niet wist of wilde, geen probleem. En uiteindelijk werd de 2 en een half uur durende bijeenkomst gereduceerd tot 2 en een halve minuut televisie. Het is nog terug te vinden op jeugdjournaal.nl als je zoekt op “Roos.” MAAR GOED. Ik was er dus bij en hobbelde wat mee. Meer was ook niet nodig want mijn pasgeboren baby luisterde als een volleerd vakvrouw naar de beide heren, gaf adequaat antwoord, deed dingen overnieuw als dat filmtechnisch handig was en ik. was. gewoon. niet. meer. nodig. Ik verstopte me meer en meer achteraf in een sjoelbank en keek vol verbijstering met tranen in mijn ogen, ik ben nou eenmaal een emotioneel wrak, naar mijn aapje dat dit gewoon allemaal helemaal zèlf deed. Ergens is het niet helemaal eerlijk. Ik weet niet welke deal we ooit met de Eeuwige sloten, maar ik weet wel dat we kinderen krijgen, als ons dat vergund is, en dat we daar dan een soort van opvoeding op loslaten, ze bijstaan, alle liefde geven die we in ons hebben en dat ze dan zeg maar langzamerhand groot groeien en uiteindelijk, ondanks onze nadrukkelijke afkeuring, zelfstandig worden en gaan. Denk aan die dochter die nu in Israel zit bijvoorbeeld. Maar die is 20 en komt vast nog wel terug wanneer ze opeens beseft dat ze ons mist. Roos is 13 hè, das zijn toch andere koekjes die je mond zal eten. Mijn aapje van 13 dat vrolijk vertelt over haar bat mitswa, dat voor het complete verhaal nog even de kaarsen aansteekt (en dan fluisterend aan haar vader -zijnde ondergetekende harige trilobiet - nog even vraagt hoe de beracha ook weer begon) en zo open en vrolijk vertelt wat ze allemaal meemaakte die sjabbat afgelopen zomer, dat gewoon allemaal doet. Ja dan jank ik hoor, als niemand kijkt, en gluur ik nog 97 keer naar het online filmpje en denk ik ledor wador, generaties gaan en generaties komen, hoe mooi dat dit schakeltje in de keten er is, ons vijfde kindje, nog één bar mitswa te gaan. Duurt nog een jaar of 5, maar ik zal het weer net zó beleven en dat is goed en dat is mooi. Omein.

Eerder gepubliceerd in NIW 14, 2023

donderdag 15 december 2022

Sinterklaas

Jullie zullen het misschien raar vinden maar ik heb er nooit veel waarde aan gehecht of mijn kinderen een joodse partner zouden vinden of niet. Stiekem leek het me natuurlijk wel hándig, je begrijpt malkander wat sneller en je blinkt allebei niet uit in sport maar voorop stond voor mij maar één ding: mijn kinderen moesten zélf gelukkig zijn met hun keus. En als ze gelukkig zouden zijn met een Loemoemba of een Josefus Johannes Maria dan moest dat maar zo zijn. Ook een beetje een mal idee om op etnische of genealogische gronden een partner te kiezen, toch? Deze tactiek bleek fantastisch te werken want de drie oudste kinderen hebben nu alledrie een joodse partner. Dat heb ik weer goed geregeld al zeg ik het zelf. Bel me gerust voor meer huwelijkstactiektips, mijn tarief is niet heel hoog. Dit betekent wel dat mijn collectie nabestaanden nu bestaat uit 6 biologische en 3 schoon- maakt 9 kinderen. En we hebben lootjes getrokken! Wat zal het een gezellige en dolle boel worden. Maar vooraleer, Roel toch, vieren jullie Sinterklaas? En Chanoeka dan? Ja malle babbe, dat vieren we natuurlijk ook he! Maar eerst Sinterklaas. Ik mocht cadeautjes kopen voor een schoondochter. Ze is heel erg lief maar heeft ook een bril zo groot als het eiland Schokland dus je kunt wel raden waar mijn gedicht over gaat, haha! Ik vertrouw erop dat ook ik niet gespaard zal worden, als menopauzale te dikke vijftiger. Andere lieve schoondochter was trouwens één van Pieten bij de intocht van Sinterklaas in Amsterdam, het schijnt elk jaar bij die intocht te wemelen van de joodse Pieten! En voor de oorlog was praktisch elk jaar een joodse mijnheer de Heilige. Past ook wel in de traditie he, heiligen voortbrengen. Zal nooit vergeten hoe Meijer de Hond ooit schreef dat Sinterklaas druk was en niet gestoord mocht worden. “Sint Nicolaas oort meirev.” Sinterklaas zei het avondgebed. Dus geen enkel bezwaar tegen het vieren van Sinterklaas. Tegen chanoeka heb ik overigens ook geen bezwaar hoor, ik zeg gewoon dóén, 8 dagen lang weer liedjes zingen en cadeautjes aan elkaar geven. Dat is dus eigenlijk Sinterklaas 2.0. En natuurlijk het prachtige verhaal van de terugkeer uit de ballingschap waar we met vereende krachten de tempel weer gingen reinigen, zuiveren voor de dienst aan de Eeuwige. Wel mooi he, met mensen die waren gebleven om voor de overheersers landbouw te bedrijven, met hen die terugkeerden én met een kleine rest die was gebleven maar zich had verstopt. Wisten jullie trouwens dat er niet alleen zuivere olie werd gezocht (en gevonden) maar dat ook het complete altaar moest worden gesloopt én opnieuw worden opgebouwd omdat deze was gebruikt voor heidense rituelen? Nee dat wist je niet, ik weet het zelf ook alleen maar omdat ik het net toevallig las op Het Internet. Kortom, we hebben elkaar de komende 8 dagen genoeg avonturen te vertellen en dan is er toch echt geen behoefte om daarna óók nog eens aan het kerstverhaal te beginnen, dus dat laten we lekker schieten. Chag sameach!

Eerder gepubliceerd in NIW 10 - 2022

donderdag 1 september 2022

Slagroom

Och jommes wat is het leven soms toch ingewikkeld. David zat klaar met zijn zwemtasje, zwemles zou beginnen om 20 voor 6. De hele middag was het al een dingetje want hij vindt het spannend. Leuk ook wel, ook al bakt hij er niet veel van want hij lijkt helaas ook erg op mij. Ik vond het vroeger ook niks. In dat koude water, de ongenaakbare badmeester met zijn peuk in de mondhoek en de ijzeren haak in zijn hand. Die haak was nodig want anders zou mijn plompe lijfje alras naar de bodem zinken en dan komt er zo'n vervelend berichtje in de Zwolsche Courant. Toen ik 11 was haalde ik pas mijn zwemdiploma. Toen nog leren duiken. Als een baksteen op asfalt viel ik op het water. Ken je dat gevoel? Dat je huid eruit ziet alsof je rodehond all over the place hebt? Nou dat was ik. Nog steeds vermijd ik zee en strand, geef mij maar hei en bos. Dit in tegenstelling tot mijn vrouw, die dol is op die zee, waarin elk jaar toch weer vele mensen maar ook Duitsers verdwijnen om nooit meer te worden teruggevonden. Bos vindt zij iets met insecten en rotting. Ik hou van rotting! Alles beter dan het allesverslindende dodelijke water. David is waarschijnlijk ook meer een bosjesman. Maar we wonen in Almere en leren zwemmen is dan best handig zeg maar. Dus hij zat braaf te wachten met zijn tasje. Bleek ik de verkeerde tijd in de agenda te hebben gezet, we waren te laat, het feest ging niet door. Boos was hij. Verdrietig ook. Alle spanning van het wachten en dan gaat het tóch niet door. Mijn mea culpa, mijn maxima mea culpa bood weinig soelaas. "Geeft niks hoor papa." Met van die dikke traantjes die over zijn dito wangetjes wandelden. Hoe maak ik dit nou ooit weer goed? Als Wiedergutmachung maar van alles aangeboden. Negerzoenen, puddingbroodjes, moorkoppen, tompoucen, ijsjes. Huilend bleef hij tegen me aanstaan, hij is al bekend met de Jewish guild-trick kennelijk. Uiteindelijk kwam het zoenoffer op een politiehelikopter en cornetto's, maar dan wel van die grote. Die hebben ze niet bij de Jumbo. Dus ik gewone cornetto's gehaald én een spuitbus slagroom. Zodat ik de cornetto kon opwaarderen naar zo'n reusachtige die je alleen kunt krijgen bij de benzinepomp. Pffff.. opgelost met herstelbetalingen. De helikopter werd nauwgezet uitgekozen bij bol punt com, ik was wel zo slim om de zoekfunctie op maximaal 20 euro, toch bijna 45 gulden, te zetten. Fijn dat dit ook weer geregeld is, zeker nu het bijna rosj hasjana is. Uiteraard ben ik jarig met Rosj Hasjana, dat komt vaker voor. Dat je opgeschreven mag staan voor een goed jaar. In sjoel mag ik op mijn verjaardag de maftir zijn. Benoem je dat zo? Ik ben de maftir? Het woord is me op mijn lijf geschreven want een beetje maf ben ik toch zeker wel. Het is me een mitswe. Ik ben degene die dan de Torah-lezing besluit en afsluit met Jeremia 31: 1-20. Het laatste deel gaat zo: Bedwing uw stem van geween, en uw ogen van tranen; want er is loon voor uw arbeid, En er is verwachting voor uw nakomelingen, spreekt de HEERE; Ik heb wel gehoord, dat zich Efraïm beklaagt, zeggende: Gij hebt mij getuchtigd, en ik ben getuchtigd geworden als een ongewend kalf. Bekeer mij, zo zal ik bekeerd zijn, want Gij zijt de HEERE, mijn God! Zekerlijk, nadat ik bekeerd ben, heb ik berouw gehad, ik ben beschaamd, ja, ook schaamrood geworden, omdat ik de smaadheid mijner jeugd gedragen heb. Is niet Efraïm Mij een dierbare zoon, is hij Mij niet een troetelkind? Ik koos expres voor de Statenvertaling omdat ene H. erg verdrietig werd van mijn column over een bijzondere sjiwwe die ik bijwoonde, ik maakte toen een grappige verwijzing naar diens Heiland. H. snikte toen: 'Ik vind dit zeer onrespectvol tegenover het christendom, haast lasterlijk. Dit kan gewoon niet." Hopelijk heb ik het nu weer goed gemaakt. Altijd fijn met Rosj Hasjana én natuurlijk Jom Kippoer in het verschiet. Dingen goed maken met elkaar. Willen we dat met slagroom?


Eerder gepubliceerd in NIW 45 van 2022

donderdag 21 juli 2022

Zenuwen

Het is vrijdag wanneer jullie dit lezen. Als het goed is dan he, want het kómt bij een enkeling nog wel eens voor dat het NIW-tje pas op zaterdag, op sjabbat dus, bezorgd wordt. Dan ben je mooi in de aap gelogeerd! Je mag niet scheuren op sjabbat, de schepping rust en moet even een dagje blijven zoals die is. Kun je alleen maar verlangend door de folie staren. Naar de voorkant, maar gelukkig ook naar de achterkant. Er is vast wel een niet-Joodse buur die je kan helpen, maar die kun je het dan weer niet vragen, daar trapt de Eeuwige niet in. Dus dan kun je hooguit veelbetekenend met grote ogen naar de buurman staren, dan naar het NIWtje, dan weer naar de buurman. Ondertussen heeft die natuurlijk allang geërgerd zijn deur weer dichtgesmeten terwijl hij zich afvraagt wat er in vredesnaam mis is met je en waarom je aanklópte en niet aanbelde, zoals normale mensen doen. En nu heeft-ie ook nog een stuk van NEC-NAC gemist. Zucht. Niets blijft ons bespaard. Het is vrijdag terwijl u dit leest en vrijdag terwijl ik dit schrijf. Dat betekent dat ik druk bezig ben met het smeren van koosjere broodjes, mijn oudste is druk met het bakken van een koosjere plaatkoek (zou hij gisteren doen, maar kwam toen nét terug uit Canada en moest dus echt even zijn jetlag wegslapen) en mijn vrouw maakt ingewikkelde koosjere dingetjes waarvan ik de naam niet meer weet, want ik ben maar een eenvoudig verkoper. Onze Roos, onze Růženka, mag vanavond in sjoel de kaarsen aansteken en dan morgenochtend hup, de bima op om daar vanalles te gaan zeggen, zingen en zulks meer. Ze zal ook vertellen over haar inzamelingsactie voor Kika en wat Tikoen Olam inhoudt. Dat is bij ons in sjoel gebruikelijk, iets moois doen voor een ander wanneer je bar of bat mitswa wordt. Prachtig toch? Dan is onze één na jongste puppie bat mitswa en heb ik nog maar één klein kind over. Ik zei het al: niets blijft mij bespaard. Wel grappig dat haar ouders al weken zenuwachtig zijn terwijl het Roosepopje nergens last van heeft. Met haar extreme dyslectie. Ze kent gewoon bijna alles uit haar hoofd en heeft er een pampiertje bij als spiekbriefje. Nou ja, spiekbrief. Het epistel is een pagina of zes met alle teksten in een voor dyslecten handig lettertype en gelardeerd met diverse kleurtjes zodat ze de woorden ook daaraan herkent: elk kleurtje staat voor een melodie. Gaat ze gewoon even doen vanavond. En dan morgenochtend het echte werk. Ondertussen sta ik, terwijl u dit leest he, live cooking zeg maar, een duizendtal broodjes te smeren. Ik word er balorig van, smeer, smeer, smeer. Zal ik er stiekem paling op doen? Neen, zo slecht ben ik nou ook weer niet. Bovendien zou ik dan zelf ook moeten opletten wat ik naar binnen bunker en dat is niet mijn stijl zeg maar. Ik denk terug aan de afgelopen jaren, aan Roosje, hoe snel ze groot geworden is. Na de vakantie naar de middelbare school, Academie 1014. Als zand glipt de kindertijd door je hand. Mooi dat ze nog steeds van knuffelen houdt, van paardrijden. Wat was ze geschrokken toen mijn baard eraf ging vorige week, zoals gebruikelijk als haar iets niet zint timmerde ze liefdevol op mijn rug terwijl ze riep dat die baard terug moest en dat ik het nooooooit meer mocht doen. Gelukkig zijn de huizen onbetaalbaar en de kamers onvindbaar, Roos zal nog tot in lengte van dagen bij ons blijven wonen. Tenzij ze een rijke dokter of advocaat tegen het lijf loopt of wordt natuurlijk. Spannend hoor. Morgen.


Eerder gepubliceerd in NIW 41, 2022.

zaterdag 25 juni 2022

Fnuikend

Ik klaagde de vorige keer al over groter groeien, Kindjes die het in hun hoofd halen om gewoon maar elk jaar jarig te zijn en elk jaar dus ook een jaar ouder te worden. Van mij mogen ze eeuwig 5 blijven, alhoewel ik ook wel begrijp dat dat niet handig is. Mijn kleuter van zes klimt nu al elke dag op mijn rug, en wanneer je 50 bent is dat fnuikend. Dat malle woord wilde ik gewoon graag een keertje gebruiken. Weet je wat ook fnuikend is? Kindjes die van geen ophouden weten. Neem nou Joram. Vandaag mochten we de vlag uithangen met daaraan zijn tas. Zijn tas heet Dhengis. Het is heel normaal om je tas een naam te geven, dus daar zal je me niet over horen. Ik bedoel, mijn Trabant heet Schorsch en onze andere auto heet Antonín. Dus de knul is erfelijk belast. Bovendien heet zijn fiets Malcolm. Elke dag fietste hij door weer en wind op Malcolm naar het Arte, zijn middelbare school. De vlag met daaraan Dhengiz de Tas leren ons dat hij volgend jaar naar een hele andere school mag fietsen. Welke school of universiteit dat gaat worden weet hij nog niet, hij schreef zich daarom heel slim in voor vier opleidingen, dus er zit vast iets passends tussen. Onze Roos gaat haar laatste maand in op de basisschool, de sjabbat na haar laatste schooldag wordt ze bat mitswa en dan na de vakantie begint haar grote avontuur. Een avontuur dat je niet zomaar komt aanwaaien want ook het kiezen van een middelbare school is tegenwoordig geen eitje. Ik kon lang geleden kiezen uit twee scholen, eentje in Zwolle of eentje in Raalte. Raalte was net wat dichterbij dan Zwolle, dus de keus was snel gemaakt. Tien kilometer door de regen fietsen is toch minder erg dan zestien. In ons huidige dorp zijn 22 middelbare scholen. Ga er maar aan staan. Gelukkig vonden we met Roos een mooie plek. Tien kilometer fietsen, dat dan weer wel. Maar als haar volslanke vader dat kon, kan zij dat ook. Onze oudste zoon legt momenteel de laatste hand aan zijn scriptie, die gaat komend jaar een master doen. Dan hebben we nog een dochter die naar Israel gaat, een zoon die naar de middenbouw gaat en gelukkig ook nog eentje die gewoon overgaat naar de derde van de Mavo. Al die keuzes die kinderen moeten maken, fnuikend is het. Als ouder mag je meedenken en tips geven tot je ons weegt, de echte keuzes moeten ze zelf maken en dat kan echt ingewikkeld zijn. Hoeveel mensen weten al op hun 13e wat ze willen gaan doen? De keuze op jonge leeftijd kan hele grote gevolgen hebben voor hun toekomst. Soms hoor je wel dat kinderen al vanaf hun besnijdenis weten dat ze dokter willen worden, of vanaf de echtscheiding van hun ouders dat het advocaat moet zijn. Bijzonder vind ik dat!  Ik weet nu nog niet eens wat ik wil, ben gewoon maar gaan werken op een gegeven moment omdat honger lijden ook geen pretje is en de mengsmering voor een Trabant kost ook geld. Moeite met keuzes is kennelijk een familietrekje. Zal nooit vergeten dat ik naast mijn vader in de auto zat, ik zat weer eens vreselijk te twijfelen over van alles en nog wat en mijn vader zei, net met pensioen was hij: “Ach jongen, ik weet ook nog steeds niet wat ik wil worden als ik later groot ben.” Het komt vast goed allemaal. Nu zijn we in elk geval even heel trots op onze apen, die keuzes maken en dingen gaan dóen!


Eerder gepubliceerd in NIW 36, 2022

vrijdag 27 mei 2022

Groter groeien

Wie heeft bedacht dat kinderen alsmaar groter moeten groeien? Vind het echt niet kunnen. Kunnen we dat niet tegengaan met elkaar? Een petitie of zo? Hier hoor je Wilders nou nooit over he. Zes baby's heb ik gehad en er zit niet meer in het verschiet, in het vat en het is me wat. Dol ben ik op mijn baby’s. De oudste van mijn dreumesen is nu 20. Weet je wel hoe oud dat is, dat is gewoon een enorme baby met een snor en stekels op zijn kin, een gymnasiumdiploma en bijna afgestudeerd in Informatica. En dat terwijl zijn moeder niet eens haar geboortedatum kan onthouden en ik had ook al bijles in wiskunde, Wiskunde A, dus niet eens échte wiskunde, Dan heb ik nog een meisjesbaby van 19. Je ziet wel een mensen die hun baby’s oorknopjes geven en kettinkjes. Nou deze baby heeft een neuspiercing. Maar omdat ze al 250 maandjes oud is vindt Jeugdzorg dat niet erg. Het is toch om te grienen. Ze gaat in september naar Israel. Misschien voor een half jaar, maar kan ook zomaar 120 jaar worden natuurlijk. Kind drie doet dit jaar eindexamen, is de langste baby die ik heb, torent boven iedereen uit en gaat ook al studeren. Kan nog wel even zo doorgaan want zoals ik al zei: ik heb zes stuks baby. Binnenkort wordt de jongste dochter Bat Mitswa. Schandalig, als je bedenkt dat ze gisteren geboren is. Laatst ging ze oefenen met de rabbijn in sjoel en ik mocht mee. Daar stond ze dan in al haar kleine grootsheid. Met haar zuivere stemmetje, heel onbevreesd en open op de bima. Alle brachot gingen goed. Ze kende bijna alles uit haar mooie hoofdje. Dat hoofdje, waar drie keer de navelstreng omheen zat waardoor ze er bijna niet was geweest. Dat al jaren meehobbelt elke week op een pony bij haar lieve juffie. Dat hoofdje ook, dat woorden en tekst niet kan ontcijferen. Een grote brei is het voor haar, ze heeft extreme dyslexie en ondanks jaren van noeste arbeid gaat zoiets nooit over. Trucjes heeft ze wel geleerd. Op school koos ze altijd boekjes die ik thuis al duizend keer aan haar had voorgelezen, zodat ze op school aanvankelijk niks merkten. Ze kende ze uit haar hoofd. Op een dag, veel later dan handig was, viel ze gelukkig “door de mand.” En nu dus Bat Mitswa. We hoopten dat ze misschien een klein dingetje kon doen, het sjema of zo, maar ze gaat gewoon bijna alles doen, uit het hoofd. Tekst heeft ze erbij, met speciale letters en veel verschillende kleurtjes, dat helpt namelijk. Haar broer gaat helpen met de Nederlandse tekst van de haftara. Ik zag hoe ze daar stond, nu gewoon in haar klofje, straks natuurlijk wat sjieker en zelfs ik - jullie weten dat ik een ongenaakbare macho-man ben - voelde wat prikken in mijn oog. En het was niet Paul Damen met een jad. Ik vind het allemaal maar niks, dat groter groeien. Komend jaar gaat ze ook nog naar de middelbare school, we gingen van de week een dagje kennismaken. Nou ja, “we” ik kon gelijk optiefen natuurlijk om haar in de middag weer te mogen ophalen. Ze waren blij met haar, ze kan daar volgend jaar fijn beginnen.Moet nog wel even een grotemevrouwenfiets regelen. Gelukkig heb ik nog steeds mijn baby van zes jaar, die mag ik nog steeds platknuffelen, alhoewel hij de door mij gekozen koosnaampjes steeds minder vaak accepteert. “Ik ben geen malle bonkie!” roept hij dan. Zucht. En hij poetst ook al zélf zijn tandjes. Mij blijft ook niets bespaard.

Eerder gepubliceerd in NIW 33, 2022.

vrijdag 29 april 2022

Simpele zielen

Wat doen normale mensen wanneer het Pesach is? Nou helemaal niks want ze hebben er natuurlijk nog nooit van gehoord. Niet dagenlang handenwringend piekeren wat nou weer te breien van die akelige matses, weer matsebrij of toch maar matse-lasagna? Laatstgenoemde heeft zelfs een echte eigen naam: matsagne. Om te grienen zo fijn, maar niet voor de lijn. Onze seider was heel bijzonder, we waren bijna compleet. De nek van ons gezinslichaam was helaas niet aanwezig. (U kent de uitdrukking: wanneer de nek draait, draait het hoofd mee. Het hoofd ben ik natuurlijk, alleen op papier hoor, heel theoretisch, het had evengoed een half opgeblazen ballon kunnen zijn.) Mijn vrouw moest helaas haar oom begraven, niet naast de deur, dus mocht ik het doen. Charoset maken. Nog nooit gedaan. Ik had appels gekocht en dat was het eigenlijk wel. Geen idee had ik. Appels raspen, bedacht ik me. Waar ligt de rasp? Dus maar met een aardappelschilmesje de appel in pietepeuterige stukken gesneden. Stukken, geen stukjes, want dan had ik mezelf maar verwond. En dan amandelschaafsel erbij. En nu? Ik staarde in het aanrechtkastje en pakte de caramelstroop. Slim. Nu had ik een dikke brij met brokken appel en amandel. Druivensap! Fantastische uitvinding. Ik flikkerde alles doorelkaar en gooide er wat kaneel bij en in een opwelling basterdsuiker. Het zag eruit alsof ik een sloot had leeggeschept, maarrrrr de kindjes smulden en dat is toch het enige dat telt. Samen met de oudste dochter de avond gedaan en afgesloten met de vraag aan ons allemaal waarvan we onszelf het komend jaar zouden willen bevrijden. Dat was mooi en intiem. Maar ja, de week begon nog maar net he. Wat kun je nog meer doen tijdens Pesach? U raadt het in één keer: ik ging naar de Simple Minds. In oktober 2019 had ik kaartjes weten te bemachtigen voor hun concert begin 2020, maar door een wereldwijd dingetje bleven ze de show maar uitstellen! De kaartjes bleven in de binnenzak van mijn Harris Tweed-jasje (ongelogen: ooit overgenomen van de woordvoerder van de SGP. De eerste keer dat ik er op Zondag mee in de Jumbo liep voelde ik me zelfs schuldig.) Afgelopen week was het eindelijk zover! Ik met mijn BFF naar de Ziggo Dome. Daar was ik nog nooit geweest want al sinds mijn puberteit vermijd ik grote mensenmassa’s. Dus ik vond het nogal spannend. Eng. Zweet stond in mijn handen. Kwamen we wel op tijd? Konden we het wel vinden? Wat als er iemand op mijn stoel zat? Zou ik als kleine meneer, de enige met een smokinghemd, niet worden vertrappeld door de grote mensen? Afijn, we kwamen uiteraard 3 uur te vroeg aan, stonden net zolang in de rij en toen bleken de streepjescodes op mijn kaartjes, na drie jaar in de Harris Tweed niet meer leesbaar. We werden teruggestuurd naar het begin van de rij, naar een loket met dik glas en van die praatgaatjes. Of ik mijn ticketnummer kon noemen. Maar ik had geen bril bij me. Gelukkig had een jongedame kennelijk medelijden en die las het voor. Of ik mijn ID kon laten zien. Oei, die heb ik nooit bij me. Na een vermoeide zucht vanachter het glas en een opgeluchte zucht van yours tRoelie kregen we nieuwe kaartjes en konden we weer achteraan aansluiten. We kwamen binnen, vonden onze zetels, mooi hoog boven het plebs op de vloer beneden en zaten vol blijde verwachting uit te kijken naar onze helden van weleer. Om ons heen alleen maar leeftijdsgenoten. 15000 mensen van exact 50 jaar, ik kan er misschien iets naast zitten. De band kwam op, nou ja, wat er van over was na 40 jaar dus een verkreukelde oude man met een microfoon, ik hoopte maar dat zijn gebit zou blijven zitten tijdens het zingen en een dito gitarist. Opvallend: ze kunnen er niks aan doen dat ze ouder zijn geworden, dat hopen we tenslotte allemaal te worden, maar ze hadden potverdikkie wel de dames uit de jaren 80 ingeruild voor nieuwe versere! Niet eerlijk! Afijn, ze begonnen, het bloed liep al snel uit mijn oren, het was niet om aan te horen. Kende de nummers niet, kon niks verstaan van de teksten en het geluid snerpte door mijn hoofd en het voelde alsof er een fietsspaak in mijn gehoorgang werd gestoken. Helemaal van rechts naar links. Dat je aan beide zijden een stukje fietsspaak ziet uitsteken. We gingen in de pauze weg. Later las ik hoe geweldig het was. Na de pauze, dus. Zucht.

Eerder gepubliceerd in NIW 29, 2022.

vrijdag 25 maart 2022

Sjiwwe

Deze week was het poeriem en u kijkt natuurlijk reikhalzend, waarschijnlijk met een gemeen grijnsje op uw stoppelige snuit, uit naar de avonturen van ondergetekende, die ongetwijfeld in een jurk naar sjoel ging, daarmee koningin Esther ernstig beledigend want die had geen baard, alwaar hij struikelde, uit zijn glanzende roze panty scheurde om vervolgens zijn grote voortanden te versplinteren op de rand van de bima. Och, och, och wat zou u daarvan genieten. Helaas, helaas, ik moet u teleurstellen. Niet alleen schrijf ik dit terwijl het nog niet eens poeriem is (door sommigen ook wel geringschattend "joods carnaval" genoemd, terwijl een iegelijk toch dondersgoed weet dat wij ons niet te buiten gaan aan buitenechtelijke seksuele uitspattingen tijdens ons feest zoals die sommige vermaledijde ongetwijfeld voormalige papekoppen. Drinken daarentegen is, net zoals bij de carnavalsklanten, wel weer een goede gewoonte tijdens poeriem, Paul Damen kan u daar alles over vertellen want voor hem is het elke dag poeriem, maar wij doen dat zodat we niet meer het verschil zien tussen Mordechai en Haman (geratel graag), tussen vriend en vijand) ik wil het gewoon over heel iets anders hebben. Net zoals normale mensen komen wij ook regelmatig te overlijden. Meestal maar een keer, alhoewel volgens sommigen een enkeling het zo'n 2000 jaar geleden na drie dagen voor gezien schijnt te hebben gehouden en het doodzijn toen maar opgaf. Je moet het ook wel kúnnen natuurlijk. Maar in het algemeen: het schijnt iets te zijn dat je niet tegenhoudt, dat je overkomt en waartegen niet te vechten valt. Hoe graag we ook ruzie maken en discussiëren, dit debat verlies je altijd. Wanneer je overlijdt ben je meestal dood en wordt je begraven of gecremeerd. Wij begraven doorgaans onze doden in verband met de te verwachten wederopstanding. Je wilt dan niet als grijzige stofwolk tegenover Hem/Haar staan maar uiteraard gewoon keurig in je witkatoenen doodsgewaad met al je knekels intact. Zover is het alleen nog niet, we moeten eerst nog een tijdje gewoon stil in onze kist liggen. Ook een goed argument voor een spaanplaten kist: de meeste urnen zijn heel lelijk, het lijken soms net bloemenvazen die geboetseerd zijn door blinde psychiatrische korsakovpatiënten. Na de teraardebestelling zijn we nog niet klaar, o nee, want daarna zit de familie een paar dagen sjiwwe. Sjiwwe betekent 7, het zijn de 7 dagen van diepe rouw die de naaste familie in acht neemt na het overlijden van een dierbare. Ik vind dit een hele mooie en goede gewoonte, mocht het zelf afgelopen week helaas weer eens beleven. Je komt bij elkaar, om bij te staan, te steunen, om de familie te laten zien dat ze niet alleen is, om eten te brengen en met elkaar de overledene te gedenken. Uiteraard zijn er de vaste traditionele gebeden die je samen zegt, het lernen daarna maar vooral gewoon het elkaar in de ogen te kijken en vast te houden. Te praten en te luisteren. Te voelen dat degene die is afgereisd naar de onzichtbare bestemming er ook een beetje bij is. Het is echt een daad van liefde, van betrokkenheid naar elkaar, naar de overleden naaste. Er wordt kaddisj gezegd wanneer er minjan is. Ik was toevallig de laatste man die arriveerde en toen konden we beginnen. Had alleen geen sidoer meegenomen, maar wel een overheerlijke mozzarella-salade Gelukkig kreeg ik een minuscuul boekje dus ik kon meedoen. Geen leesbril, dus het had evengoed mandarijn of swahili kunnen zijn, maar het kaddisj wordt tijdens elke sjoeldienst een paar keer gezegd, dat scheelt. Het kaddisj gaat over de grootsheid van de Eeuwige en niet over de overledene. Dat lijkt apart, maar het geeft alleen maar aan dat eigenlijk alles in de handen van G'd ligt. Dat het goed is. Dat kan heel troostend zijn. Het eindigt aldus: Moge er veel vrede uit de hemel komen en leven! Over ons en over heel Israël. Hij die vrede maakt in zijn hoge sferen zal ook vrede maken voor ons en voor geheel Israël. Rust in vrede lieve Betty. Ameen.


Eerder gepubliceerd in NIW 25, 2022.


zaterdag 19 maart 2022

Vanitas vanitatum omnia vanitas

Opeens realiseerde ik me dat ik een vijftiger ben. Dat is voor vrouwen een spannende leeftijd want de schoot verdort en het enige dat nog rest is het huilend knuffelen van een labradoodle. Echter, ook voor manspersonen is dit een bijzondere episode in het leven. De penopauze doet zijn of haar intrede en dat laat diepe sporen achter in het gelaat. Tenminste, bij mij. Dochter Roos, van wie ik doorgaans heel veel hou, wees me er tijdens de sjabbesdis heel liefdevol en vriendelijk op: Jezus pap wat heb je opeens veel rimpels bij je ogen! En je baard wordt helemaal grijs. Uiteraard glimlachte ik dapper, niet te nadrukkelijk want dan zou je mijn rimpels nóg meer zien, als diepe voren in een vaak beschaatste vijver, maar toch, ik glimlachte. En kneep haar zo hard in haar knie dat ze haar prachtige bruine ogen opensperde en geen woord meer kon uitbrengen. Dat was natuurlijk voor iedereen het beste want anders had ik mijn hoofd wellicht grienend verdronken in mijn overheerlijke zelfgemaakte vegetarische kibbesoeb. Na het bensjen, waarbij ik haar extra hard zegende, alle brooches op haar rosj kwamen goed aan, ging ik toch maar even voor de spiegel staan. Mozes kriebel, het kind had gewoon gelijk. Het beeld dat ik nog steeds had van de slanke 17-jarige (Ik schijn ooit te hebben gezegd dat ik altijd 17 zou blijven, mijn vrouw heeft me daar jaren en jaren mee gepest, want het bleek niet waar te zijn) viel volledig in duigen. Een oude man staarde me aan vanuit de spiegel, waar ook al het weer in bleek te zitten. Actie bleek nodig! Allereerst besloot ik te gaan afvallen. Dat had ik het afgelopen decennium al zeker 27 keer besloten maar nu moest het dan toch voor het eggie. Het keto-dieet had ik al geprobeerd, maar na een half jaar alleen maar biefstuk met kip te hebben gegeten en als toetje een halal kipfrikandel van de Jumbo was ik daar alweer een hele tijd mee gestopt. Dus nu eet ik per dag 800 calorieën. Een cracker met magere mayo en een tomaat is mijn lunch. Ontbijten doe ik niet want ik doe heel hip aan IF. Jullie onwetende dikkerds hebben geen idee waarover ik bazel dus ik zal het even uitleggen: IF staat voor Intermittent Fasting. Dit houdt in dat je tussen 7 uur des avonds en bijvoorbeeld 11 uur des ochtends niet eet. Dat is voor een stalen karakter als ik, een man van stavast met stevige tred en doortastende blik natuurlijk appeltje (75 kcal) eitje (64 kcal.). Neen. Met name in de avond, wanneer ik een ingewikkeld boek lees over filosofie of proctologie (ik bedoel natuurlijk dat ik gewoon The Office zit te kijken op Netflx met een whisky'tje) krijg ik zo’n enorme trek dat mijn buikje rommelt als een mijnschacht waar de kompels net 1000 ton TNT hebben laten afgaan. Bij mijn buurvrouw Trees rolt het behang van de muur. In Vierlingsbeek heb je de Rooms-Katholieke Voetbalvereniging Volharding maar ik heb nog nooit van mijn leven gevoetbald en was ook zelden Rooms-Katholiek. Dus smokkel ik soms tijdens het vasten en neem een half cherrytomaatje. Of een stronk witlof. Niets blijft mij bespaard. Toch ben ik al 7 kilo kwijt inmiddels, waarvan akte. Naast het afvallen is ook mijn haardos een puntje. Het lijkt wel of er een albatros op heeft gepoept en dat ik het daarna met een kam heb verspreid tot aan de dode puntjes. Dus ik moest ook naar de kapsalon. Was al een half jaar niet geweest door lockdowns en pure luiheid. Normaal zeg ik dan: haal zoveel mogelijk grijs weg alstublieft. Maar als ik dat nu zou zeggen zou ik als een varken worden kaalgeschoren. Of als een schaap. Dus ik zei: Doe maar wat het beste bij me past! Nou dat deed de kapster: ze houdt van lang haar en dat stond me dan ook het beste. Op wolken liep ik terug naar huis, waar niemand zag dat ik naar de kapper was geweest. Behalve mijn teerbeminde met wie ik nog steeds niet onder de choepa ben geweest. Ik vroeg haar wat ze ervan vond en als antwoord ging ze zingen: It's my life, It's now or never, but I ain't gonna live forever, I just want to live while I'm alive! Ze vond dat ik op Bon Jovi leek. 


Eerder gepubliceerd in NIW 21, 2022


Stronteingwies

Wat een fijn begin van de dag. Eerst mochten we de kleuter wakker maken hetgeen hij niet leuk vond. Hij klampte zich vast aan de spijlen van zijn bed en liet niet los. Helaas mag je je kinderen niet meer slaan, dus dan wrik je liefdevol en voorzichtig de kleine vingertjes los met een waterpomptang. Daarna broekje en truitje aan en dus keurig aangekleed van de vloer geraapt want hij ging dus gewoon keihard als een rechtgeaarde socialist in algehele lockdown. Onder mijn arm meegezeuld de trap af en aan de ontbijttafel in één van onze vele woonvertrekken geparkeerd. Vervolgens vertelde ik hem dat we naar de tandarts gingen. Het regende stille tranen op zijn bordje en hij kreeg geen hap meer door zijn kleine kleuterkeeltje. Ook gaf hij me te verstaan dat ik mijn plannen niet ten uitvoer zou kunnen brengen. Hij kent de uitdrukking nog niet maar ik kon ze zogezegd oprollen en ergens steken waar het zonnetje uiterst zelden haar stralenpracht vertoont.  Toen kreeg ik het fantastische idee om te gaan fietsen aangezien ik aan de slanke lijn doe. Zijn moeder, die normaal altijd met hem meegaat zei: doe dat maar niet. Moge zij tot 120 mij overstelpen met haar wijsheden. Ik hielp het emotionele mannetje met zijn schoenen want met betraande ogen kreeg hij die niet snel genoeg aan. Nederig Knielde ik voor zijn aangezicht neder en ging als straf gelijk door mijn knie. Dat was natuurlijk wel weer leuk want dat maakt een grappig knallend geluid en de pijn is altijd dusdanig dat ik kerm als een zeehond met een knuppel in zijn schedel. Koelbloedig als ik ben met geweld de ontstelde knie weer recht gebogen, hetgeen gepaard ging met een luide bonk en toen - eigenwijs als ik ben - de intense pijn zoals alleen mannen die kunnen ervaren tóch op de fiets. Mijn hele dorp zei het vroeger al: “Ie bint stronteingwies.” Had ik me toch even vergist in de afstand. Ik moest naar de Duitslandweg en dat is toch zo'n 1933 kilometer. Met 45 steile bruggen op het Spoorbaanpad. Het kereltje, inmiddels weer hartstikke vrolijk, zat kletsend achterop met zijn handjes op mijn rug, onder mijn smokinghemd. Papa! Je rug wordt helemaal zweet! Niet zo gek want ik hijgde als een astmatisch schillenpaard en trapte op de pedalen van mijn stalen ros alsof er een cohort FvD-jongeren me op de hielen zat. We verdwaalden in Almere Poort. We kwamen 5 minuten te laat. Volkomen doorweekt, het zilte water liep in mijn ogen en uit mijn mouwen, parkeerde ik mijn Piet Pelle en wilde afstappen. Helaas was ik vergeten dat ik door mijn knie was gegaan dus ik pleurde bijna ondersteboven met fiets en kind. Ze lieten me niet binnen, al wijzend op hun snuit, dus ik vreesde dat er een ons snot en een hectoliter doodszweet in mijn baard hing. Neen, ik moest een mondkap op teneinde mijn amechtig openhangende snoet te bedekken met een lap. Daarna naar binnen. Aangezien dit Almere is, waar iedereen altijd te laat is, vonden ze me keurig op tijd. Alles was in orde met de ivoren pianotoetsjes van The Dude. Toen ik weer was bijgekomen mochten we weer naar huis fietsen. Moraal van dit verhaal: luister altijd naar je joodse vrouw. En als ze niet joods is luister er dan voor de zekerheid ook maar naar. Je kunt wel stronteigenwijs iets anders kiezen maar dat is dom en zinloos en zal enkel leiden tot pijn en ondergang. Ik snap dat mannen die in een homoseksuele relatie verkeren nu in blinde paniek een gesubsidieerde homogenezing-cursus gaan volgen, maar ik kan het niet mooier maken dan het is. Sterkte daarmee!


Eerder gepubliceerd in NIW 17, 2022

Kerstboom

Dus ik naar de Praxis met de kleuter. Vindt-ie leuk. “Wat gaan we kopen papa?” Nou om te beginnen een ijzerzaagje. “Wat is een ijzerzaagje?” Nou da’s een zaag waar je ijzer mee kunt zagen. Hij is gelukkig snel van begrip. “Waarom kopen we een ijzerzaagje papa?” Dat kon ik hem natuurlijk niet vertellen, maar zijn oudste broer, twintig jaar is dat kindje al, vroeg aan Sinterklaas als cadeautje ‘dat mijn slot opengezaagd wordt’, aangezien hij de sleutel van zijn fiets kwijt was. Die zat nog in zijn jas. En die jas ligt ergens in een trein. Maar Sinterklaas heeft helemaal geen zin om een slot van een kerngezond 20-jarig kindje te gaan lopen doorzagen dus kocht deze chagrijnige Sint een ijzerzaagje zodat het luie kind dat lekker helemaal zelf mocht gaan proberen. Alsof het de Sint was die die jas in de trein had laten liggen, nee toch zeker? Dit kon ik de kleuter allemaal niet vertellen dus ik mompelde maar wat en begon over het tweede belangrijke item dat we gingen halen: ducttape. Dat kent de kleuter wel. Papa repareert alles met ducttape. Zijn Trabant, zijn kapstok, zijn huwelijk en dit keer zou hij daarmee de wc gaan repareren, want die lekte door een barst. Ducttape is de redding van alles. Als we iedereen een rol ducttape geven is corona zo de wereld uit. Afijn, vrolijk koutend wandelden we naar de Doe-Het-Zelf-Zaak en wie komen we daar tegen, tot mijn intens verdriet en afgrijzen? Thierry Baudet? Neen, nog veel erger: een lieve buurvrouw met 2 glunderende kindjes die met rode konen in een buggy een reusachtige in een visnet verpakte kerstboom mee naar hun doorzonwoning zeulden. Hel en verdoemenis. “Papa, waarom kopen ze een kerstboom?” Nou mien jong, omdat ze kerst vieren vermoed ik. “Ik wil ook een kerstboom!” Nee lieverd, dat doen we niet hoor, wij vieren immers chanoeka! Maar ik wil kerst vieren, chanoeka is stom. Tja, daar sta je dan even met je jiddische bek vol tanden. Wat te doen? Zou Lenin zeggen. Welnu, standvastig blijven of sterven denk ik. December is ten slotte al erg genoeg. Kom kom Roel, stel je niet zo aan, die zes kinderen wilde je zelf en het is ongetwijfeld elk jaar een dolle boel en reuzegezellig. Zéker, zéker, maar wat we niet moeten vergeten is dat het én Sinterklaas én chanoeka is! Chanoeka; waarop we herdenken dat we voor de zoveelste keer ontkwamen aan gevangenschap - terwijl we luidkeels een bekende hit van BoneyM zongen: By the rivers of Babylon - en in dit geval ook nog eens de tempel heroverden, waarbij we een enorme kandelaar opnieuw ontstaken die - o groot wonder - 8 dagen brandde op slechts één vaatje olie en dat daarom maar liefst 8 dagen duurt en waarbij je malkander óók cadeautjes geeft! Elke dag! Dus dat maakt 8 dagen keer zes kindjes en slechts één echtgenote 56 leuk ingepakte hebbedingetjes die ik moet regelen! En dan zou ik ook nog kerst moeten vieren? Behalve dat dat halachisch onverantwoord is zou ons rijtjeshuis uitpuilen van alle troep die we niet nodig hebben en zou ik de Raiffeisenbank moeten smeken mijn faillissement nog eventjes uit te stellen tot de heugelijke dag dat de kindjes het huis uit zijn. Hetgeen met de huidige huizenmarkt nooit zal gebeuren, we zullen tot in de eeuwigheid bij elkaar blijven. En ik heb het al zo zwaar. Nee lieverd, wij nemen geen kerstboom, vanavond steken we de kaarsjes aan en spelen we nog een keertje met de dreidel. 

Een groot wonder gebeurde daar bij de Doe-Het-Zelver: de dreumes draaide als een tolletje, dit was de pleister - ducttape - op de wonde. De kerstboom ging neer -met een ijzerzaagje- en het jodendom in de polder was weer gered. 



Eerder gepubliceerd in NIW 13, 2021


zaterdag 20 november 2021

Blij dat de coronale paringsdans aan me voorbij is gegaan

Er is dus sprake van een heuse covidgeboortegolf. Je mag nergens meer naar toe en dus kruip je vroeg onder de wol of je Max Verstappen-dekbedhoes om vervolgens samen een leuke nabestaande te boetseren. Hoe noem je dan je kind? Er zijn in Nederland 44 vrouwen met als roepnaam Corona. Kijk maar op de site van het Meertens Instituut. Dat was de stand in 2014. Wat zullen die dames blij zijn dat ze overal genoemd worden! 

Zelf ben ik blij dat deze coronale paringsdans aan me voorbij is gegaan; ik mocht al zes keer bij een bevalling zijn en ik vind het wel welletjes zo. Enig idee hoe het is, zes keer doodsangsten uitstaan? Natuurlijk, ik ben een man en moet dus mijn harige muil houden, mijn bijdrage aan de bevalling bestond uit vijf minuten bedpret en het was niet mijn taak om zes keer een nieuw welpje op de aarde te zetten.

 Lees het hele verhaal op de site van het Algemeen Dagblad.



Gepubliceerd op de site van het AD op 14 november 2021

vrijdag 19 november 2021

Zie de mens

In onze huidige samenleving lijkt het soms wel alsof er geen sprake meer is van samenleven. Groepen staan tegenover elkaar, waar ze vroeger gewoon vrolijk van mening konden verschillen. Het begroot me vreselijk dit niet alleen waar te nemen maar ook te voelen. Mensen die ik al jaren ken als mild en meegaand, als vriendelijk en begripvol, zijn veranderd in heuse volksmenners die enkel nog druk zijn hun standpunt als de Enige Waarheid te zien en als doorgeslagen missionarissen aan iedereen op te dringen. Wee je gebeente als je er anders over denkt! Dan kun je een spuitje krijgen. Of juist niet, dat kan natuurlijk ook. De tweedeling is echt vreselijk en ik kan alleen maar hopen dat het óver gaat. Wellicht als er eindelijk een nieuw kabinet komt, zo eind 2023? En dan hadden we daar opeens Tamarah. Het NIW van vorige week stond er al vol mee, dus ik geef nog even een kleine nabrander. Haar woordkeuze in haar rede was, wie soll man dass denn sagen, zou Derrick zeggen, niet zo handig. Maxima zou zeggen: een beetje dom. Ik zeg met velen: niet maken die vergelijking, klaar. Daarnaast: we kennen haar allemaal een beetje, ze is voor velen een fijne rabbijn, recht door zee, staat altijd klaar voor haar kehilla en is gewoon zoals ze is. En ja, net zoals elk mens wordt ze niet door iedereen gewaardeerd. Heb haar maar een paar keer ontmoet, maar ook door het lezen van haar columns en mensen die ik spreek uit haar gemeente: ze heeft óók mooie eigenschappen. Het lijkt wel of dat allemaal vergeten wordt na deze faux pas. We oordelen gelijk en veroordelen hard en vergeten de mens achter het hele verhaal, die zoveel meer is dan alleen deze uitspraak. Dit geldt niet alleen voor deze situatie maar kun je maatschappijbreed trekken. Ik fietste vorig jaar met mijn kleuter op één van de smalle fietspaden van Almere, hij wiebelig op zijn kleine tweewielertje en ik er naast met één oog op hem en één oog op de weg voor me. Komen ons twee oudere Almeerders tegemoet, een echtpaar want allebei dezelfde fiets, dezelfde jas en dezelfde boze blik. “Aan de kant, aan de kant!” riepen ze “... je doet het voor ons!!” Ik verzin dit niet. Had ik mijn ventje in de sloot moeten schoppen teneinde die anderhalve meter tussen hen en ons te kunnen waarborgen? No way! Dus woedend fietsen ze heel omstandig door de berm, mij onderwijl vervloekend en woest aankijkend. Ook mijn temperatuur steeg en ik gunde ze bijna allebei een spoedig verblijf in twee gezellige urnen, met daartussen anderhalve meter. Afijn, ik koelde weer af en realiseerde me dat ook ik vergeet de mens achter de schreeuwende bejaarde te zien. Ja, ze hadden gewoon even kunnen afstappen om vriendelijk glimlachend mij en mijn zwabberende kleuter langs te laten. Ja, ze hadden niet moeten schreeuwen zodat ik weer wat ingewikkelds had uit te leggen aan mijn jeledje. Aan de andere kant: wie weet hoe lang ze al binnen hadden gezeten, bang om naar buiten te gaan, zich opvretend van frustratie en boosheid vanwege dit zelf opgelegde huisarrest? Geen idee he. Ik wil echt het individu kunnen blijven zien, niet twee kampen, geen vijanden. We zijn allemaal mensen die een keus hebben gemaakt in deze kwestie, door de één goed doordacht, door de ander wat minder, maar uiteraard met het idee dat we het goede doen. Dat mag ik nooit vergeten. Zie de ánder, hij is zoals jij.

Eerder gepubliceerd in NIW 9 van 2021


zaterdag 6 november 2021

een nieuwe episode van de corona-ellende

We gaan een nieuwe episode van de corona-ellende in en ik vind het reuzespannend. De persconferentie van afgelopen dinsdag was glashelder en keihard: extra maatregelen, strengere controles maar vooral: de voortgaande polarisatie wordt alleen maar gestimuleerd, vergroot en verergerd. Kennelijk zijn er nu 2 soorten mensen in ons land: verstandige gevaccineerden, die luisteren naar ons demissionaire kabinet en levensgevaarlijke wappies die de oorzaak zijn van alle ellende, de overvolle ziekenhuizen, de overbelaste crematoria en de straks veel te krappe begraafplaatsen. Misschien moeten we maar wat voetbalvelden herinrichten als dodenakkers straks.

Lees het hele verhaal op de site van het Algemeen Dagblad.


Gepubliceerd op de site van het AD op 6 november 2021


zaterdag 23 oktober 2021

Squid Games.

 

Squid games! Ik had er nog nooit van gehoord want oud, stenen tijdperk, draaischijftelefoongeneratie, maar van de week kwam opeens mijn 11-jarige een na jongste dochter naar me toe met de vraag of ze op Netflix, net zoals de rest van de wereld, naar Squid Games mocht kijken. 

Lees verder op de site van het Algemeen Dagblad.

Eerder gepubliceerd op de site van het Algemeen Dagblad op 23 oktober 2021.






donderdag 21 oktober 2021

Verkouden

Niets blijft mij, de leider onder de lijdenden, bespaard. Nu ben ik weer snipverkouden, hetgeen inhoudt dat ik gelijk een paria met uitslaande harige leprapuisten aan huis gekluisterd ben. Ga maar eens verkouden naar de Jumbo! Aanvankelijk lijkt er niets aan de hand, mensen knikken je vrolijk toe. Een enkeling nog angstig van achter zo’n in China geproduceerd muilkorfje waarover het virus uit datzelfde land, waardoor Nederland nu is gevuld met spooksteden en ontvolkte provincies, zich erg vrolijk maakt. Zodra je echter gaat praten, wat in mijn geval uiteraard zelden voorkomt aangezien ik extreem bedeesd, verlegen, bescheiden, stilletjes en nederig ben, zie je ze al schrikken. Oei, die stem klinkt anders, de neus verstopt, de ogen lodderig. Eén keer nieste ik, de grootste fout van mijn leven, het brandalarm ging af, rode zwaailichten overal, een horde Almeerders stootte schorre kreten slakend diverse schappen met koekjes en chocolade om en ik werd met een stroomstok in de richting van de flesseninname-automaat gedreven. Ik wapperde nog manmoedig en positief met de meegebrachte negatieve thuistest maar het mocht niet baten. In het magazijn van de supermarkt werd ik door mannetjes in astronautenpakken op de palletwikkelaar gezet en voorzien van een prachtig doorschijnend en glimmend laagje huishoudfolie. Sjabat sjalom, zullen we maar zeggen! 

Gewoon verkouden zijn, wie kent het nog? Vroeger waren we het allemaal, ook vaak gezamenlijk. Net zoals die malle vrouwen waar je wel eens van hoort, die met z’n zevenen tegelijk gaan zitten bloeien als een doornige roos in een yurt, onderwijl ritmisch kloppend op een periodieke met kruisjes ingelegde zelf getamponneerde trommel. Maar nu? Niks meer samen! In de kelder met je blafferige gehoest! 

Een verkoudheid is nu reden tot Kamervragen. Thierry zou het wel weten! “Wist u, mevrouw de voorzitter, dat de Joden voor de oorlog ook wel eens verkouden waren? En we weten allemaal hoe dat afliep!” 

Afijn, ik ben dus heel eenzaam verkouden, zit huilend naar buiten te staren, de postbode gooit de pakjes vanaf de stoeprand door het raam, het 150 jarig bestaan van mijn werkgever vierde ik via zoom. Geen gebakje voor mij. Eén groot tranendal mensen. Uiteraard gebeuren er ook nog mooie dingen in mijn verder grimmige bestaan. Omdat ik van nature een positief en opgeruimd mens ben zie ik die nog steeds! Zo reed ik van de week met kindje nummer 5 naar haar bat mitswa - les. Onderweg zaten we heerlijk de brooches te oefenen die ze mag zeggen wanneer ze - be’ezrat Hasjeem - volgend jaar wordt opgeroepen om uit de Tora te lezen. Voor haar is het een extra uitdaging vanwege haar dyslexie. Jarenlang wist ze haar makke te omzeilen met allerhande trucjes en ook nu komt deze eigenschap goed van pas. Ik vroeg haar naar de bracha die ze moet zeggen voordat ze op erev sjabbat de kaarsen aansteekt. Ze wist het even niet meer, maar maakte het gebaar van “warmte van de vlammetjes naar je toe halen” en hupsakee, daar rolde hij vlekkeloos uit haar mond. Jodendom ging altijd door en zal altijd doorgaan, zelfs wanneer we verkouden zijn.


Eerder gepubliceerd in NIW 5, 2021


zondag 10 oktober 2021

Alsof de wereld verging

Alsof de wereld verging. Wat moest ik aan met mijn lege bestaan zonder Facebook en Whatsapp en zelfs dat Instagram, dat door zo’n oude man als ik nog altijd heel puriteins Intaggggram wordt genoemd, met zo’n lekker lange harde rollende Hollandse G. Mijn kinderen draaien dan altijd met hun mooie ogen (sommige hebben zelfs blauwe ogen, terwijl mijn echtgenote en ik allebei zijn voorzien van prachtige bruine stuiters, grappig is dat hè!) en bijten me vriendelijk toe dat het gewoon INSTA is. Soms nog gevolgd door een liefdevol BOOMER. Mij blijft werkelijk niets bespaard en dat is ongetwijfeld mijn verdiende loon omdat ik in een vorig leven vast opzichter was in een kolenmijn waar kleine kindertjes met hun poezelige handjes stenen moesten bikken. 

Lees verder op de site van het Algemeen Dagblad.


Gepubliceerd op de site van het AD op 9 oktober 2021.