Zodra u de Volzin in handen hebt bladert u altijd gelijk naar de pagina waarop mijn volzinnen prijken, teneinde uw gebrekkige kennis aangaande Jodendom naar ongekende hoogten te tillen. Tot uw ontsteltenis moet ik echter opmerken dat er in de maand november geen enkel joods feest te bekennen is. Ik heb gezocht en gespeurd, rabbijnen gebeld om ze te smeken speciaal voor mij een feest te bedenken maar helaas: naks. Nu moet je natuurlijk rabbijnen nooit wat vragen, dat is wel het domste wat je kunt doen. Je weet namelijk nooit zeker of hun antwoord van pas komt. Stel je voor dat ze je vertellen dat je iets niet mag! Nooit doen dus, gewoon zelf nadenken, of gewoon helemaal niet nadenken en doen wat je van plan was. Een wasje ophangen op sjabbat, de verkéérde sprinkhanen eten (er zijn namelijk vier soorten die koosjer zijn, alleen weet niemand meer welke dat waren.) of trouwen met een niet-joodse man, vrouw of iets daartussenin. Dat is ook wel het mooie aan het Jodendom, vind ik. Je maakt zélf je keuzes - vermits je een progressieve inslag hebt dan. Ik hoor u denken, correct me if I’m wrong: lekker makkelijk, zelf je regels bepalen, jij heidense rekel! Daar verschillen we dan echt van mening. Het is namelijk helemaal niet makkelijk je eigen keuzes te maken. Je continu bewust zijn wat je doet, wat je denkt, wat je nalaat, wat je eet. Het is veel eenvoudiger je aan De Regels te houden. Okay, u heeft gelijk, ik chargeer. We hebben het wel over 613 ge- en verboden. Geen appeltje eitje om die allemaal na te volgen, laat staan te kennen. Er zitten prachtige tussen, logische en lastige. Wat dacht u van gebod 35: Zorg ervoor dat eenvoudige mensen niet struikelen. Op het eerste gezicht bevreemdend. Waarom zou je een simpele ziel laten vallen? Zijn of haar leven is al ingewikkeld genoeg. Nou, daarom juist. Zorg voor de mensen om je heen, niet voor iedereen is het leven overzichtelijk of makkelijk, voor sommige ligt het levenspad vol struikelblokken. Wat let je om af en toe iemand de hand te reiken en hem te helpen zo’n tumblestone te nemen? Iets om bij stil te staan, zíe de ander. Nummer 60: sla je ouders niet. Of eigenlijk letterlijk: sla niemand die een vader of een moeder is. Ook weer apart, je denkt dat zoiets logisch is. Ik heb het zinnetje even losgelaten op Google en dan staat er bovenaan een verhaal van een jongen van 15 die het liefst zijn vader zou doodmartelen vanwege de behandeling die zijn verwekker hem gedurende zijn leven gaf. We kunnen allemaal invoelen dat zo’n jongen vol wraak en verdriet zit. Zo eenvoudig is het allemaal niet, het navolgen van de 613. Je realiseert je dat je een gebensjt, een gezegend mens bent, wanneer je een mooie relatie met je ouders hebt. Ook hier zie je weer het belang van bewustzijn, van bewustwording: niets is vanzelfsprekend.
Een hele mooie, nummer 53: Heb de vreemdeling lief. Is niet bijna iedereen vreemdeling? Soms ben je zelfs een vreemde voor jezelf, heb jezelf lief, ook op de momenten dat je jezelf niet ziet staan, dat je je schaamt voor je daden van weleer, voor je gedachten van nu. Je bent wie je bent. Uiteraard gaat dit gebod over de ánder. De mensen buiten je eigen vertrouwde bubbel. Juist nu is dit heel belangrijk. Wanneer ik bij de supermarkt ben, en daar kom ik geregeld om voedsel en waspoeder te halen voor mijn zes nabestaanden, zie ik nu veel grimmigheid. Boze ogen boven mondkapjes, mensen die tegen de looproute in nog snel iets willen pakken, files in gangpaden omdat je er niet langs kunt vanwege de anderhalve meter.. Mensen zien elkaar letterlijk als vreemde, sterker nog: als vijand. Een potentiële besmetter die wellicht je einde in kan luiden of er in elk geval voor kan zorgen dat je 2 weken aan huis gekluisterd bent. Hoe belangrijk is nu om tóch de mens achter het mondkapje, de mens die boos wegdeinst wanneer je te dichtbij komt. Hoe kunnen we mild naar elkaar blijven kijken, meer nog: naar elkaar blijven omzien? De oude geboden van weleer doen soms archaïsch aan maar blijken waardevoller dan ze op het eerste gezicht lijken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten